21 'fZwelmpje februari 1997 Herkomst geringde vogels Onder de geringde vogels waren er drie af komstig uit het buitenland. Een vogel was af komstig uit België, deze was als pul in juni '95 te Antwerpen geringd. Nog een andere vogel was geringd als pul juni '80 in Denemarken (afstand 662 KM). De verst verwijderde vogel was afkomstig uit Zweden (Malmö) en was daar in juni '95 als pul geringd (afstand 778 KM).Geringde vogels waren afkomstig uit de Zeeuwse delta 8 exx. van de wadden eilanden 6 exx. de overige vnl uit Friesland en een uit Noord-Holland. E.e.a is plus tekens zijn de ringplaat- nog eens weergegeven op bijgaand kaartje, sen Leeftijd gevonden vogels Van 8 vogels werd tijdens het ringen de (exacte) leeftijd bepaald. De overige werden geringd als >2kj en >3kj. De 2 jongste vogels werden geringd op 5 mei 1994 als niet vliegvlug in de Zeeuwse Delta. De oudste gevonden vogel was afkomstig uit Rottummeroog en was daar als volgroeid geringd op 30 dec. 1966 en is tenminste 29 jaar oud geworden Deze vogel droeg nog een "Leiden" ring. Om toch een idee te krijgen v/d leeftijden van de gevonden vogels werd van een >2kj en een >3kj vogel de minimale leeftijd bepaald door er resp.2 en 3 jaar af te trekken. Uiteraard kunnen deze vogels ook veel ouder zijn maar dit is helaas niet te achterhalen.Ee.a. is weerge geven in bijgaand grafiek, hierin valt op dat er in de leeftijd van 5-10 jaar geen geringde vogels bij waren. Mogelijk zijn er in die periode minder geringd of het zijn juist de sterkste exx. op die leeftijd. (1) 'Zwelmpje 1 le jrg. no.2 (recente meldingen). (2) med. RIKZ (F Arts). Van de volgende personen ontving ik terugmeldingen van geringde Scholeksters waarvoor mij dank. J. Meulmeester, K.Minnaar, D.Schaap, P.Meininger (RIKZ), AJoosse en F.Arts J. Tramper, Noordweg 78, 4353 AZ Serooskerke. 't Zwelmpje februari ]997 22 OPROEPEN U wordt gevraagd waarnemingen van Vlaamse Gaaien op Walcheren (Beveland en Schouwen ook welkom) in het najaar van 1996 door te geven aan de onderzoekscoördinator, te weten ondergetekende (voor adres zie onder). Ook waarnemingen van "eenlingen" (vooral van "het platte van Walcheren") zijn erg interessant. Het idee is gerezen in het 2e of 3e weekend van mei een 10-uurs Big Day le houden op Walcheren. Mensen die mee willen doen (in teams van drie personen) kunnen zich melden bij ondergetekende. Het doel is uiteraard zoveel mogelijk soorten in 10 uur tijd waar te nemen. Daarnaast wordt tegelijkertijd Walcheren grondig onderzocht op zeldzaamheden!. Jaco Walhout, Verwerijstraat 25, 4331 TA Middelburg KORTE BIJDRAGEN DWERGGANS, NIEUW VOOR WALCHEREN Op vrijdag 17 januari 1997 keek ik voor de tweede keer die week de ganzen af bij Schellach, tussen Veere en Middelburg. Samen met een Franse vogelaar keken we naar een groep van zo'n honderd Kolganzen op een akker. Hij begon links de groep af te scoopen en ik rechts. Bij de derde gans van rechts zag ik waar ik eigenlijk al op hoopte, een adulle Dwerggans. Het kleine ronde kopje samen met de gele oogring vielen het meeste op. Goed zichtbaar was de witte bles, die hoog op zijn voorhoofd smal eindigde. Het relatief kleine snaveltje en de iets kortere hals maakten de vogel compleet. De vogel had veel zwarte banden op zijn buik en was op formaat niet direct uit de groep te pikken (een mannetje Helaas is de vogel de volgende dagen niet meer terug gevonden. De vogel was ongeringd en zat tussen Kolganzen. Zou dit een dwaalgast geweest zijn? De Zweden zijn eind van de jaren tachtig begonnen om (geringde) Dwergganzen onder te breng en bij Brandganzen zodat deze leren, in plaats van de gebruikelijke zuid-oostelijke trekroute, de zuid-westelijke trekroute te gebruiken. Dit programma is nodig omdat de soort op wereld schaal drastisch is afgenomen. De populatie wordt nu geschat op minder dan 2.500 vogels. In Scandinavië zijn nog ongeveer 50 broedparen geteld (Tucker Heath, 1994). Deze worden nauwgezet onderzocht, geringd, gezenderd en gevolgd. Hieruit is ondermeer gebleken dat de vogels onderweg en in hun oorspronkelijke overwinteringsgebieden, de sleppengebieden van Centraal en Oost-Europa en zuidwest-Azië, flink worden bejaagd. Tevens zijn deze gebieden door cultivering minder geschikt geworden. Om de soort te redden hopen de Zweden dat in de toekomst de Scandinavische vogels andere overwinteringsgebieden gaan gebruiken. In Nederland overwinteren nu jaarlijks zo'n 50 Dwergganzen. Vind ze maar eens. Mark Zekhuis, Saffier 13, 4337MR Middelburg.

Tijdschriftenbank Zeeland

't Zwelmpje | 1997 | | pagina 13