Zwelmpje, I2e jaargang nummer 3, november 1997 4 Kleine Zwaan (n=265) Een respectabel aantal, zeker wanneer men bedenkt dat de soort Walcheren de laatste jaren steeds vaker links laat liggen. ïn de jaren tachtig was de soort nog beduidend talrijker (regelmatig >500 vogels, max. 888 in 1986). Rietgans (n=54) Er werden relatief weinig Rietganzen gezien, zeker vergeleken met andere strenge winters (max. 1985 6456!). Daar staat tegenover dat de soort tijdens veel MWT ontbreekt (bijv. 1991-94). Kleine Rietgans (n~l) Kolgans (n=1751) Het grootste aantal sinds 1991; het aantal overwinteraars schommelt al jaren tussen 800-2000 (max. 5407 in 1985). Opmerkelijk was dat de grootste groep (1500) in het akkergebied tussen Middelburg, Vlissingen en Koudekerke verbleef. Hier zitten zelden ganzen Canadese Gans (n=2) Twee exemplaren werden gezien in bovengenoemd akkergebied. Brandgans(n=21) Deze soort ontbreekt tijdens veel MWT. In 1992 werd een maximum van 800 vogels vastgesteld. Rotgans (n=17) Opmerkelijk schaars. Ontbreekt in sommige jaren tijdens MWT (bijv. 91), maar doorgaans wor den toch enkele tientallen tot honderden vogels gezien (max. 535 in 1992). Witbuikrotgans (n=28) Deze soort wordt tijdens de meeste strenge winters wel vastgesteld. Dit jaar een groep van maar liefst 28 vogels tussen Zoutelande en Westkapelle. Bergeend (n=28) Een normaal aantal (max. 86 in 1996). Smient (n=48.081) Een ongekend aantal (groter dan de som van alle voorgaande midwinteraantallen!). In sommige winters zijn nauwelijks Smienten op Walcheren aanwezig (bijv. MWT 1988 2), maar doorgaans overwinteren 100-250 vogels. In strenge winters gaat het vaak om enkele duizenden vogels. Het hoogste aantal geteld tijdens een MWT was 17.286 in 1987. De meeste vogels verbleven in ak ker/ weidegebieden in de omgeving van Biggekerke (c. 20.000) en Meliskerke (c. 5000) en in de Spuikom van Ritthem (13.500) (zie kaartje). Wilde Eend Smient Wintertaling Kuifeend Waterhoen Meerkoet

Tijdschriftenbank Zeeland

't Zwelmpje | 1997 | | pagina 4