Buizerd
ZILVERMEEUW
Kokmeeuw
STORMMEEUW
Zilvermeeuw
Stormmeeuw
'tZwelmpje, 12e jaargangnummer 3, november 1997
7
Krakeend (n=40)
Binnendijks verblijven zelden grotere aantallen Krakeenden op Walcheren. De meeste getelde
vogels zijn waarschijnlijk afkomstig van het dichtgevroren Veerse Meer.
Wintertaling (n=95)
Een recordaantal. De soort ontbreekt in sommige winters (max. 82 in 1989) (zie kaartje).
Wilde Eend (n=2259)
Ook van deze soort lagen de aantallen dankzij de strenge koude hoger dan normaal (gemiddeld
600-1000). Alleen in 1987 werd een groter aantal (2340) vastgesteld (verspreiding: zie kaartje).
Pijlstaart (n=3)
Slobeend (n=2)
Tafeleend (n=35)
De weinige overgebleven Tafeleenden pleisterden op het kanaal door Walcheren. In de meeste
winters pleisteren 100-200 vogels op de binnenwateren (max. 397 in 1990).
Kuifeend (n=558)
Ook het aantal Kuifeenden lag ruim drie keer zo laag dan gemiddeld (normaal 1200-1730, max.
2007 in 1990). de meeste vogels verbleven op het kanaal, cvooral ten noorden van Middelburg
(zie kaartje).
Brilduiker (n=4)
Deze soort is nooit talrijk binnendijks (5-15 ex., max 38 in 1985).
Nonnetje (n=42)
Typisch een soort die vrijwel alleen tijdens strenge winters wordt aangetroffen (bijv. 1985 (107),
1986(11), 1987(11)).
Middelste Zaagbek (n=l 18)
Het grootste aantal tot nu toe tijdens een MWT (vorig maximum 57 in 1996). De soort ontbreekt
tijdens veel MWT binnendijks.
Grote Zaagbek (n=42)
Een respectabel aantal. Het vorige maximum tijdens een MWT lag op 14 (1985), wat iets zegt
over de schaarste van de soort op Walcheren. Evenals de Nonnetjes te vinden in het Kanaal door
Walcheren.
Waterral (n=2)
Veel exemplaren worden uiteraard over het hoofd gezien.
Waterhoen (n=220)
Blijkbaar heeft de vorst veel Waterhoentjes naar het zuiden verdreven, gezien het feit dat door
gaans 900-1100 exemplaren op Walcheren overwinteren (max. 1563 in 1991) (verspreiding: zie
kaartje).
