Een opvallend gegeven is het optreden van plaatselijke verschillen. In enkele
dorpen en stedelijke woonwijken was de soort compleet verdwenen (bv. St.
Laurens), in andere dorpen was zelfs een vooruitgang te bespeuren (bv. Ritthem).
Tevens waren er op enkele plaatsen nieuwe kolonies ontstaan.
In figuur 4 is de verplaatsing van de nesten t.o.v 1994 weergegeven. Wat opvalt is
dat een groot deel (78%) van de locaties is verlaten of nieuw bezet. 22% van de
locaties wordt nog steeds bezet. Het verlaten van geschikte locaties kan niet
direct in verband worden gebracht met het ongeschikt worden van de
nestgelegenheid. Op enkele na, zijn namelijk de meeste locaties niet veranderd in
de afgelopen jaren.
Het opportunistische gedrag stelt de soort in staat om nieuwe geschikte gebieden
te kunnen koloniseren, wat een groot voordeel voor hun overleving kan hebben.
Ook tijdens de inventarisatie is mij op gevallen dat in nieuwe woonwijken al reeds
nesten waren te vinden.
aantal bewoonde nesten per gehucht/dorp/stad
plaats
2001
Oostkapelle
45
Middelburg
4
Grijpskerke
4
Oost-Souburg
23
Serooskerke
West-Souburg
7
Veere
34
Vlissingen
8
Zanddijk
17
Biggekerke
15
Gapinge
9
Koudekerke
10
Sint Laurens
0
Zoutelande
12
Noordweg/Brigdamme
10
Meliskerke
3
Arnemuiden
53
Westkapelle
18
Nieuw St. Joosland
2
Aagtekerke
11
Ritthem
18
Domburg
3
St. Jan ter Heere
8
Vrouwenpolder
52
Kleverskerke
10
tabel J: aantal bewoonde nesten per gehucht/dorp/stad
Conclusie:
De Walcherse Huiszwaluw-populatie wordt geschat op 360-400 broedparen. Dit
betekent een afname van 50-57% t.o.v. 1994 en vergelijkbaar met de ontwikkeling
in de jaren zeventig.
De grote steden Middelburg en Vlissingen zijn bijna geheel veriaten en ook het
platteland (excl. de dorpen) is nog steeds een slecht onderkomen voorde soort.
De soort is vooral te vinden in dorpen, waarvan Vrouwenpolder, Oostkapelle,
Veere/Zanddijk en Arnemuiden de grootste concentraties bezitten. Slechts
Vrouwenpolder, Ritthem, Kleverskerke en Arnemuiden kennen slechts een zeer
lichte af- of toename.
De soort lijkt niet honkvast te zijn en bezet net zo snel nieuwe locaties als de soort
ze verlaat.
De afname is niet direct te wijten aan het verdwijnen van geschikte
nestgelegenheid en verloopt niet synchroon over het eiland.
De Huiszwaluw is het laatste decennium sterk achteruit gegaan en verdere
monitoring van de soort is daarom erg zinvol.
SCHAARSE BROEDVOGELS VAN WALCHEREN IN 2001
In 2001 is er een vervolg gemaakt met het verzamelen van gegevens van
schaarse broedvogels. Het overzichtje is verre van volledig en het gros van eigen
hand. Degenen die de moeite namen om hun waarnemingen door te geven:
veel dank! Aanvullingen graag doorgeven (er ontbreken vast nog soorten als
Goudhaan en Sijs). Ook voor dit seizoen (2002) zijn gegevens weer van harte
welkom!
In het volgende overzicht staat achter de soortnaam, de broedzekerheid van
de gevonden territoria vermeld.
Kolonievogels
Blauwe Reiger (4 kolonies, 92 nesten)
Op Walcheren zijn vier kolonies aanwezig met in totaal 95 nesten. Het aantal
nesten is in 2001 behoorlijk toegenomen. Ter Hooge, Middelburg kende een
record van 70 nesten, terwijl de kolonie van het Nollebos, Vlissingen van 0 in 2000
steeg naar 4 nesten. Ook in Overduin was er een groei te bespeuren (van 1 [in
2000] naar 3 nesten). De kolonie in de Mantelinge, Domburg bleef op hetzelfde
peil met 18 nesten.
Ter Hooge, Middelburg: 70 nesten (K. Minnaar)
Ter Mantelinge, Domburg: 18 nesten
Nollebos, Vlissingen: 4 nesten
Overduin, Oostkapelle: 3 nesten
Kokmeeuw (2 kolonies, 148 nesten)
De grootste kolonie aan de Veerse
Vest, Veere telde 115 nesten. De
andere kolonie in Fort den Haak,
Vrouwenpolder, was goed voor 33
nesten.
Schaarse soorten
Fuut (3 zeker, 2 waarschijnlijk,
1 mogelijk):
Het belangrijkste gedeelte broedde in
en rond de Veerse kreken (figuur 1).
Eén in de kreken (nest), twee in de vest
(nest, paar), één in het Caissonterrein
wcrteigang üongen,G°Pin9Se
t Zwelmpje 17' jaargang nummer 1 februari2002
t Zwelmpje 17' jaargang nummer 1 februari2002
7
Gerwin Geertse
