HET RINGEN VAN VOGELS IN ORANJEZON IN 2002 iuli t Zwelmpje 19' jaargang nummer 3 augustus 2004 10 Naar locatie en biotoop gerangschikt komen we tot de volgende verdeling: steden 12% erfbeplanting boerderijen 43% dorpen 27% windsingels 13% duinen en natuurgebieden 3% wegbermen 20% landelijk gebied 58% duinbeplanting 1% tuin en plantsoen 17% niet bekend 6% Samenvatting De populatie van de Spotvogel op Walcheren is de afgelopen twintig jaar nauwelijks veranderd; de soort blijft met 120-145 paar een vrij talrijke broedvogel. Opvallend zijn wel veranderingen in het verspreidingspatroon: de soort is ten oosten van het Kanaal door Walcheren erg schaars geworden en ook in de duinen en de steden komt de Spotvogel nog maar op een paar plaatsen voor. De grootste aantallen worden langs wegbermen en in erfbeplanting in de open agrarische gebieden van Midden-Walcheren aangetroffen. Hoewel Walcheren op zich "groen" genoeg is een redelijke Spotvogel-stand te kunnen huisvesten, is vegetatiesuccessie wellicht een bedreiging. Immers, zodra de beplanting te dicht wordt, verdwijnt de Spotvogel als broedvogel. Aanvullend en voorstel Hoewel ik mij eerst en vooral op het inventariseren van de Spotvogel geconcentreerd heb, heb ik gedurende het onderzoek toevallig en niet consequent Grauwe Vliegenvangers en Bosrietzangers "meegenomen". Voor de eerste soort kwam ik tot een totaal van 41 territoria (wat m.i. slechts een fractie van de totale populatie is), van de tweede stelde ik 40-43 territoria vast. Het zou aardig zijn de komende jaren deze en wat andere soorten systematisch te inventariseren. Hoewel het geen kleine moeite is alle B-wegen af te rijden, loont het zeker de moeite combinaties van typische plattelandssoorten als Kleine Karekiet (erg talrijk in slootjes langs B-wegen), Grasmus, Tuinfluiter, Ringmus, Braamsluiper, Witte Kwikstaart en Bosrietzanger te "doen". Ook Groene Specht, Zwarte Roodstaart en akker- en weidesoorten als Gele Kwikstaart, Tureluur en Graspieper zijn hiervoor geschikte kandidaten. Trouwens, hoeveel Grote Bonte Spechten broeden er buiten de natuurgebieden? Dank Graag dank ik hierbij Wouter van Zandbrink, Gido Davidse, Jaco Walhout, Gerwin Geertse, Floor Arts, Peter Meininger, Pieter Beeke, Arjan van Gilst, Thomas Luiten, Koos Minnaar, Rob Sponselee, Jan Goedbloed, Dick Vethaak, Tobi Koppejan, Joop Scheijbeler, Anton Duijnhouwer, Rutger Ouwerkerk en Jos Tramper voor hun waarnemingen. Bronnen Urs N. Glutz von Blotzheim, Handbuch der Vogel Mitteleuropas, Band 12/1 Sylviidae 1991 Mostert K, Broedvogelinventarisatie van Middelburg in 1989 1989 Jan-Willem Vergeer, Gerard van Zuylen, Broedvogels van Zeeland 1994 t Zwelmpje 19' jaargang nummer 3 augustus 2004 11 Walhout J.M., Inventarisatie van Spotvogel en Grauwe Vliegenvanger op Walcheren 1992. Zwelmpje 7(4): 25-29, en aanvulling Zwelmpje 8(2): 10-11 Walhout JM, F. Twisk, Vogels van Walcheren 19?8 Karei Leeftink, leeftink@zeelandnet.nl Dit is de derde aflevering van de reeks besprekingen van jaarverslagen van het ringwerk in Oranjezon, geschreven door Adri Joosse en verricht door Adri en Ralf Joosse. In het jaar 2002 werden ruim 700 vogels meer geringd dan in 2001 en er werden 3 voor Oranjezon nieuwe soorten geringd. Opvallende aantallen jaartotaal was in 2002 Rood borst 197 1993 207 Tjiftjaf 73 1999 132 Vuurgoudhaantje 31 1999 55 Zanglijster 64 1996 125 Zwartkop 567 1997 808 Er werden 1.896 vogels van 39 soorten geringd. In het voorjaar werd op 5 dagen, in de zomer op 2 dagen en in het najaar op 18 dagen gevangen. maand dag aantal geringd maand dag aantal geringd april 8 12 september 16 118 9 6 18 94 20 14 20 192 21 19 21 112 mei 11 27 28 206 12 72 oktober 1 64 augustus 30 78 4 63 september 1 134 11 37 3 52 20 56 4 112 31 66 11 91 november 16 26 12 57 18 20 14 167 April en mei: Er werden 78 vogels geringd en maar liefst 40 eerder door onszelf geringde vogels gecontroleerd. Op 11 mei vingen we 54 vogels, waarvan de helft bestond uit eerder door ons in Oranjezon geringde vogels. Nog niet eerder hadden we op dezelfde dag zoveel controlevangsten van "eigen" vogels. 6 vogels waren geringd in 1999, 2 in 2000, 3 in 2001 en 11 in 2002. Leuk waren een Keep op 21 /4 en een Sprinkhaanzanger op 11 /5. Juli: Op de enige ringdag kwam een Tuinfluiter voor de 3® maal op nagenoeg dezelfde dag in het mistnet terecht. Op 13-05-1998 werd hij voor de 1 maal

Tijdschriftenbank Zeeland

't Zwelmpje | 2004 | | pagina 7