BRIL5TERN EN GRIEND VOOR DISHOEK t Zwelmpje 19e jaargang nummer 3 augustus 2004 14 Zwartkop man 04-09-02 26-08-02 1 kj, St. Kruis, West-Vlaanderen, België 47 Zwartkop man 12-09-02 19-07-02 1 kj Ipenoord, Oostkapelle 2 Zwartkop man 16-09-02 05-09-02 1 kj Burgh Haamstede 13 Zwartkop man 18-09-02 11-09-02 1 kj, Zulte, West-Vlaanderen, België 75 Zwartkop vrouw 20-09-02 16-09-02 volgroeid, St. Kruis, West-Vlaanderen, België 47 Interessant om te zien dat 5 Zwartkoppen N tot NW van hun ringplaats werden gevangen en 1 Zwartkop de traditionele trekrichting ZW heeft gekozen. Terugmeldingen van In Oranjezon geringde vogels Soort Geringd Gevangen fc=gecontroleerd) Afstand (km) Tjiftjaf vrouw 04-09-00 02-04-01 c. Duinbergen, West-Vlaanderen, België 34 Zwartkop vrouw 05-09-99 17-07-01 c Awirs, Luik, België 167 Zwartkop man 14-09-02 26-09-02 c, Villeton, Lot et Garonne, Frankrijk 841 Fitis vrouw 23-08-01 07-09-01 c, Grembergen, Oost-Vlaanderen, België 69 Merel vrouw 02-11-01 10-10-02 c Burgh-Haamstede 13 Vogelwaarnemingen o.a.: Telkens 1 Appelvink op 04/04,09/04 en 11 /05, 1 man Beflijster op 21/04, 1 Slechtvalk op 04/09, 1 Kleine Bonte Specht op 16/09 en op 28/09 en 2 Kerkuilen op 04/10. Adri Joosse, W. Alexanderstraat 21, 4388 HZ Oost-Souburg, 0118-463065 Op 2 augustus 2004 liep ik mijn gebruikelijke rondje met de honden over strand en duinen van Dishoek. Eerst over de duinovergang 'Waeter- meschien' bij het pompstation aan het eind van de Strandweg, daarna over het strand richting zuid en bij de volgende strandtrap bij het lage licht de duinen op. Boven aangekomen scande ik voor de X00-ste keer de zee af met mijn verrekijker en ver op zee vanuit de richting Oostende zag ik een stem met een bruine rug aan komen vliegen. Ik dacht onmiddellijk aan Brilstem, maar de vogel was nog wel erg ver weg. De stern t Zwelmpje 19' jaargang nummer 3 augustus 2004 15 kwam rustig aanvliegen met een kalme diepe vleugelslag, veel kalmer dan bij Visdief, maar wel sierlijk, op een behoorlijke hoogte, ik schat zo'n 15-20 meter boven het water. De stern was wat groter dan een Visdief, maar kleiner dan Grote Stern (maar er was geen directe vergelijking mogelijk), en vloog rustig richting NNO tot boven de vaargeul (die hier vlakbij het strand ligt). Vanuit het noorden kwam een schip aanvaren en waarschijnlijk daardoor draaide de vogel om en vloog weer terug richting Oostende, en verdween al snel in de nevel boven zee. Een kwartier wachten leverde niets op. De waarnemingstijd was hooguit 5 minuten, de waarnemingsafstand (op het meest dichtbijzijnde punt) zo'n 500 meter. Door de afstand, de hoeveelheid vocht in de lucht en de hoogte van mijn positie kon ik niet alle kenmerken waarnemen. Wel goed te zien waren de kleur van rug, vleugels, stuit en staart, namelijk grijsbruin met donkerder vleugel, zeker de tophelft, de voorvleugel en de slagpennen. De mantel en stuit lichtten mooi warm lichtgrijsbruin op in het opvallende zonlicht (voor zover grijsbruin warm kan zijn). De vogel had een zwarte kopkap, maar details waren niet te zien. Het koppatroon viel weg tegen de achtergrond en de lengte van de staart was ook niet te zien. De onderzijde was wit, van kin tot en met staart, mogelijk was de buik donkerder, maar dat kan ook een schaduweffect geweest zijn. Bij het keren was de ondervleugel mooi te zien, die wit was met grijze achterrand. De onderzijde van de armpennen met grijze toppen, de onderkant van de slagpennen met wat uitgebreider grijs. De snavel was donker. Nadat ik de vogelaarswereld had opgeschrikt met een mededeling die tegelijkertijd leuk én teleurstellend was, besloot ik mijn twaalfuurtje op het duin te gaan nuttigen, maar meer dan een uur hield ik het niet uit, vanwege oplopende hitte, uitdrogend brood, slinkende watervoorraad en oliewalm van opstartende strandtent. Zodoende bleef het bij die korte en onvolledige waarneming. Alhoewel ikzelf geen twijfels heb over de determinatie, zal de vogel wel niet aanvaard worden. Het zou de tweede waarneming in Nederland zijn. Qua waarneming ben ik wel erg verwend in 1989. Eerst had ik een vruchteloze poging gedaan de twee Brilsterns bij Terneuzen te gaan zien. Toen ik enkele weken later terugkwam van vakantie belde Gido mij met de mededeling dat er één bij de Philipsdam zat. We reden er met mijn bekende rijstijl heen en twee Belgische vogelaars konden hem direct aanwijzen. Hij zat op een strandje achter een kleine inhammetje. De Belgen vertrokken en wij stonden nog bijzonder te genieten van deze waarneming, toen de Brilstern besloot dat hij die twee rare jongens eens van dichterbij moest gaan bekijken. Hij vloog op en kwam zo'n anderhalve meter boven ons zweven en bekeek ons eens grondig. Dit moment staat met stip bovenaan in mijn vogelaars-toptien. Maar goed, dit was maar een intermezzo in het verhaal. Op 3 augustus, de dag na die van de Brilstern, stond ik weer op het duin bij Dishoek in de hoop de Brilstern opnieuw te vinden, toen ik plotseling om 9:30 u door mijn lOx kijker een gitzwarte rug even boven water zag komen achter de vaargeul. De afstand was groot, zo'n 750-1000 meter, en de omstandigheden niet ideaal. Weliswaar scheen

Tijdschriftenbank Zeeland

't Zwelmpje | 2004 | | pagina 9