zee bleken te zitten. Vaak speelt mist een rol bij dergelijke falls.
Overigens was de Tapuit deze dag verreweg de talrijkste doortrekkende zang
vogel. Er bleek wel wat aankomst geweest te zijn met her en der enkele Ge-
kraagde Roodstaarten, wat sy/v/a-zangers, Fitissen en Tjiftjaffen en enkele groepjes
Paapjes. Tussen 08:00 en 15:00 werden vanaf het opslagterrein acht doortrekken
de roodstaarten en 25 Paapjes geteld.
Een Tapuiten-fall van kleinere omvang vond plaats op 19 september 2001Op die
dag werden in de directe omgeving van Westkapelle tenminste 140 pleisteraars
geteld (o.a. Rob Sponselee). Ook toen was er in de middag flinke doortrek, met
tientallen vogels per kwartier (o.a. Sander Lilipaly).
De Avifauna van Nederland (deel 2, 2001) maakt melding van incidenteel gro
te concentraties van Tapuiten (tot >1500 exx.) op de Waddeneilanden, met name
op Texel en Ameland. Deze falls hebben echter op veel grotere schaal plaatsge
vonden. Massale aankomst op betrekkelijk kleine schaal, zoals deze 7 september
bij Westkapelle, is zonder meer uniek in ons land.
Thomas Luiten, luitent®hotmaiLcom
MIDWINTERTELLING WALCHEREN 2004/2005
Inleiding
Ook dit jaar werd alweer voor de tweeëntwintigste achtereenvolgende maal
deze beroemde telling op Walcheren gehouden. Sinds 1983 doet Walcheren mee
aan deze telling, in tegenstelling tot de rest van Nederland, waar deze telling al
sinds 1967 wordt gehouden. Zoals men wellicht weet, is de (landelijke) MWT on
derdeel van het International Waterfowl and Wetlands Research Bureau (IWRB).
Sinds 1993 is SOVON de landelijke coördinator. Met ingang van deze telling werd
de coördinatie in Zeeland van de MWT niet meer verzorgd door Gerard van Zuij-
len, zoals voorheen, maar alles wordt vanaf heden overgenomen door SOVON.
De telling die dit jaar in het weekend van 15 januari viel, is in zijn geheel zeer goed
verlopen. Naast de traditionele telsoorten werden ook soorten zoals Eksters, roof
vogels, uilen en steeds schaarser worden zangvogels geteld. Dit om een inzicht te
krijgen wat de ontwikkelingen in aantallen zijn.
Het weer
Hierover heb ik niemand horen klagen. Weer en wind waren zeer gunstig: een
zuidzuidoostenwind (4 Bft), zonnig, met een gemiddelde temperatuur van onge
veer 4° Cl Prima weer om eens de fiets, dan wel auto te pakken om ieders zijn
telgebied te doen. Er was geen sneeuw of ijs aanwezig, wat over het algemeen
alleen maar in het voordeel kan zijn voor de fanatieke tellers!
Resultaten
Op enkele stukjes na, was de gebiedsdekkend goed en vrijwel volledig. Het gehe
le platteland, het kanaal door Walcheren (noord en zuid), de binnenstad van
Middelburg, Vlissingen (en binnenduinrand) e.o. werden geteld. Qua aantallen
waren vrijwel alle soorten in vergelijking tot vorig jaar hetzelfde. Eerder beter zelfs.
De reden hiervoor? mag het zeggen... Misschien was het de gunstige wind die
wellicht een groot aantal vogels makkelijk verplaats zou kunnen hebben.
Tijdens een normale zachte winter (bijv. vorig jaar) verbleven er niet bijzonder
hoge aantalen wintervogels op Walcheren. Goede kans dat veel van de getelde
vogels eerder deze week of weken ten noorden van ons in het land verbleven!?
De fop viif van de meest getelde soorten:
1Kievit 3508 ex
2. Wilde Eend 2512 ex
3. Goudplevier 2190 ex
4. Kolgans 1972 ex
5. Smient 1895 ex
Toelichting
Zowel qua aantallen als soorten heeft deze telling betere resultaten in vergelijking
met vorig jaar. Omstandigheden waren uiteraard optimaal, zeker als men kijkt
naar de omstandigheden van vorig jaar (regen, NW 6-7 Bft...) Wederom enkele
opvallende feiten:
-> Ganzenaantallen zijn in vergelijking met vorig jaar erg goed. Dit zelfde
geldt voor vrijwel alle eendensoorten!
-> Aantallen overwinterende Kuifeenden in de Veerse Kreken e.o. waren
toch wat teleurstellend. Een telling van mij drie weken ervoor leverde me
niet minder dan 970 exemplaren op.
-> Wat rallen betreft: beter dan vorig jaar.
-> Ijsvogels in overvloed: 12 verschillende exemplaren werden gezien. Vorig
jaar slechts één ex!
-> Vrij forse afname (50 ex) in aantallen Eksters in vergelijking met vorig jaar,
respectievelijk 237 (2005) en 287 (2004).
-> Roofvogels beduidend beter dan vorig jaar. Dit zal zeker aan het mooie
weer hebben gelegen.
Verder mogen enkele bijzonderheden zeker niet onvermeld blijven: een Kerkuil in
een Torenvalkkast in het Nollebos is toch wel echt bizar! Verder waren leuk: ver
spreid drie Grote Gele Kwikstaarten, totaal 20 Zwarte Ruiters. Zie ook tabel 1 hier
onder:
t Zwelmpje 20' jaargang nummer 1 februari 2005
8
t Zwelmpje 20e jaargang nummer 1 februari 2005
9