Zomertortel
t Zwelmpje 21' jaargang nummer 1 begin 2006 8
Vlissingen werden 5 territoria gevonden in het Nollebos en 2 in de aangrenzende
kreekresten in de wijk Pauwenburg. Ook is er een sterke toename in de water
gangen, sloten en vaarten ten zuidoosten van Middelburg (Welzinge, Nieuwland,
Ritthem 8 paar). Veel broedgevallen werden bij toeval vastgesteld. Illustratief is
dat de verschillende broedparen in de Middelburgse vesten pas eind juni/ begin
juli werden gevonden toen ze jongen hadden en daardoor veel meer opvielen.
De reden voor de spectaculaire toename op Walcheren is niet duidelijk. Ver
beterde waterkwaliteit speelt mogelijk een rol.
Samenvatting
Het gaat de Dodaars op Walcheren al enige decennia voor de wind. De laatste
tien jaar is de populatie meer dan verdubbeld tot minimaal 85-90 broedparen. De
toename is vooral opvallend in de Middelburgse binnenstad, het Nollebos en
waterlopen op Zuidoost-Walcheren. In kreekgebieden en duingebieden is sprake
van een stabilisatie of lichte achteruitgang.
Aantallen en veranderingen
Nederland
In Nederland is de Zomertortel een nog vrij algemene broedvogel met 10.000
12.000 paar. De laatste decennia is de soort echter sterk in aantal achteruitge
gaan. Deze achteruitgang wordt onder meer toegeschreven aan veranderingen
in de overwinteringsgebieden (droogte, kap van bossen, jachtdruk) en land
bouwkundige ontwikkelingen in de broedgebieden, waardoor het voedselaan
bod sterk is afgenomen.
Zeeland
In de jaren negentig werd de Zeeuwse broedvogelpopulatie op 2250-2750 paar
geschat. Ongetwijfeld worden die aantallen nu niet meer gehaald, maar nog
steeds is de Tortelduif in het Deltagebied als broedvogel relatief talrijk.
Walcheren
Eind jaren zestig was de Zomertortel een algemene broedvogel, die in de loop
van de volgende jaren zelfs nog wat toenam door het geschikter worden van
bomen en struiken als broedbiotoop. Begin jaren werd de stand op 200-250 paar
geschat, een aantal, dat later tot 175-220 paar naar beneden toe werden bijge
steld.
Resultaten onderzoek 2005
In grote delen van Walcheren is de Zomertortel nu een zeldzame verschijning
geworden. Tijdens de inventarisatie van 2005 werden in totaal 83 paar vastge
steld. Op grond van de telling en aanvullende gegevens van de duingebieden
mag worden uitgegaan van een broedpopulatie van 115-130 paar (0,54-0,61
paar/km2), een achteruitgang van 35-41 ten opzichte van midden jaren negen
tig van de vorige eeuw.
t Zwelmpje 21'jaargang nummer 1 begin 2006
9
Verspreiding
De broedpopulatie van Walcheren is grotendeels in de duinen te vinden. Met
name in de kuststreek tussen Zoutelande en Westkapelle is de soort (nog) relatief
talrijk. De soort komt hier niet alleen in opgaand geboomte en hoog struweel in
de eigenlijke duinen voor, maar is ook te vinden in de hier direct achtergelegen
villawijken. Sowieso is de hele zuidwestkust van Walcheren - de "Zeeuwse Riviera"
- een goed Zomertortel-gebied. Vergeleken met begin jaren tachtig is hier slechts
sprake van een lichte teruggang: van 35-48 paar toen en 33 paar nu.
Zomertortel 2005
83 territoria
In de duinen van Noord-Walcheren lijken de grootste klappen gevallen te zijn en
is de soort buiten Oranjezon schaars geworden. Maar zelfs in Oranjezon, dat op
het eerste gezicht een uitermate geschikt broedbiotoop lijkt, is de soort hard ach
teruitgegaan: in vier onderzochte deelgebieden broedden in 1983 45 paar,
waarvan anno 2003 slechts 13 paar over waren. Behalve in de duinen broedt de
soort hier en daar bij boerderijen, op landgoederen en in de langs de kreken
aangelegde bossen. Hier lijken de aantallen zich op een laag niveau min of meer
te stabiliseren, zoals in het Zilveren Schor (1983: 1-3; 2005: 2) en Rammekens (1983:
5-6; 2005: 4).
Merkwaardig is, dat de soort niet of nauwelijks profiteert van nieuwe aanplant
bij recreatie- en sportterreinen; wellicht is het gebrek aan voldoende voedsel
(onkruidzaden, granen) in de directe omgeving (akkers en weiden) een beper
kende factor.