Eerdere inventarisaties
Graspieper 2006 (aanvulling op Zwelmpje 2007:1)
t Zwelmpje 23'jaargang nummer 1 2008 12
Samenvatting
De Vink is op Walcheren nog steeds een weinig talrijke broedvogel, waarvan de
aantallen ten opzichte van dertig jaar terug echter behoorlijk toegenomen zijn.
Deze inventarisatie is een vervolg op eerdere soortgelijke en volgens dezelfde
methodiek uitgevoerde onderzoeken naar het voorkomen van Veldleeuwerik en
Spotvogel (2004), onder meer de grasmussen en spechten (2005) en akkervogels
(2006). De tekst en de verspreidingskaart van de Graspieper in 2006 zijn abusieve
lijk niet opgenomen in ons eerdere broedvogelverslag 2006 in 't Zwelmpje en zijn
daarom toegevoegd aan dit artikel. Tevens vindt u hier in tabelvorm de resultaten
van alle eerdere inventarisaties.
Aantallen en veranderingen
Nederland
In Nederland is de Graspieper een nog algemene broedvogel met 70.000-80.000
paar. De laatste decennia is de soort echter gevoelig in aantal achteruitgegaan.
Deze achteruitgang wordt onder meer toegeschreven aan landbouwkundige
ontwikkelingen in de broedgebieden, waardoor voedselaanbod en geschikt
broedbiotoop sterk afgenomen zijn.
Zeeland
In de jaren negentig werd de Zeeuwse broedvogelpopulatie op 9000-12000 paar
geschat. Ongetwijfeld worden die aantallen nu niet meer gehaald, maar nog
steeds is de Graspieper in het Deltagebied als broedvogel relatief talrijk: de dicht
heden behoren tot de hoogste van het land.
Walcheren
Tot in de jaren tachtig van de vorige eeuw was de Graspieper met 600-1000 paar
een zeer talrijke broedvogel. Ook midden jaren negentig werd nog gesproken
van een vrij stabiele populatie van ca. 600 paar, die verspreid over het hele ei
land voorkwam.
Resultaten onderzoek 2006
Aantallen
De Graspieper is anno 2006 nog steeds een wijd verspreide soort, waarvan de
aantallen echter dramatisch afgenomen zijn. Op grond van de telling (283 vast
gestelde territoria) en aanvullende gegevens van de duingebieden mag worden
uitgegaan van een broedpopulatie van 300-325 paar (1,42-1,54 paar/km2), een
achteruitgang van 45-50% ten opzichte van midden jaren negentig van de vori
ge eeuw.
t Zwelmpje 23'jaargang nummer 1 2008
13
Verspreiding
Graspiepers komen afgezien van de grote steden en hun onmiddellijke omgeving
overal op Walcheren voor. Toch is de soort ten oosten van het Kanaal door Wal
cheren - met uitzondering van de industriegebieden van Vlissingen-Oost - en in
grote delen van Noordoost-Walcheren erg schaars geworden. Zo is de broedpo
pulatie van de akkers en weiden ten noorden van Middelburg een fractie van
wat het ooit was. Aan de Oude Veerseweg en aangrenzende gebieden - eertijds
een gebied rijk aan Graspiepers, met begin jaren tachtig nog 28-51 paar - wor
den nu nog hooguit 8 territoria aangetroffen. In het agrarisch gebied tussen
Vrouwenpolder en Serooskerke is de Graspieper zelfs vrijwel geheel verdwenen,
evenals tussen Vrouwenpolder en Oostkapelle.m Op het eiland de Haringvreter in
het Veerse Meer werden 4 territoria vastgesteld.
Ten westen van Middelburg en met name bij Westkapelle en Aagtekerke en
op het Platte van Walcheren (omgeving Meliskerke, Grijpskerke) is de Graspieper
echter nog een gewone verschijning, die hier en daar in hoge dichtheden voor
komt. Opvallend bij Westkapelle is het geconcentreerde voorkomen op het talud
van de weg naar Domburg en in de smalle dijk- en duinstrook ten westen ervan.
In de aangrenzende, agrarisch benutte gebieden is de Graspieper veel minder
talrijk.
Verder is nog het voorkomen in het duingebied tussen Domburg en Oostkapel-
le (16 territoria) en de Weidedriehoek bij Sint Laurens (nu: 20 paar: 1988: 49-51
paar) vermeldenswaard.