Hybride Ringsnavelmeeuw x Stormmeeuw
in het Zandvoortweggebied
A
Op 24 april 2008 ontdekte Pim Wolf een
derdekalenderjaar hybride Ringsnavel
meeuw x Stormmeeuw in het Zandvoort
weggebied. De vogel foerageerde vaak in
een gemengde groep Stormmeeuwen,
Zilvermeeuwen en Kleine Mantelmeeu
wen achter een trekker in de akker op
de hoek Schotelweg/Zandvoortweg. Re
gelmatig rustte en poetste de vogel zich
uitgebreid in de meest westelijke plasjes
langs de Zandvoortweg. De vogel liet
zich hier tot in de avond behoorlijk goed
bekijken. Na de 24ste werd het steeds
lastiger om de vogel te kunnen vinden
omdat hij toen ook naar andere akkers
vloog om te fourageren en een veel groter
gebied bestreek. De laatste keer dat hij
gezien werd was op 27 april.
Hoewel de determinatie van hybride
meeuwen erg lastig kan zijn liet deze vo
gel toch wel duidelijk kenmerken zien van
zowel Ringsnavelmeeuw als van Storm
meeuw. Enkele opvallende kenmerken
die Pim en ik in het veld noteerde en op
de foto's te zien zijn;
1. De vogel was iets groter en steviger ge
bouwd dan een Stormmeeuw, met een
iets dikker nek, een grotere en meer
ronde kop en een langere handpen-
projectie. De mantelkleur was lichter
dan de omringende Stormmeeuwen
en zelfs lichter dan die van een Zilver
meeuw waarmee we direct in het veld
konden vergelijken.
2. De vorm van de snavel zat tussen
Ringsnavelmeeuw en Stormmeeuw
in, hij was slanker, iets korter, oogde
wat minder krachtig met een iets stom
pere punt dan Ringsnavelmeeuw. De
zwarte subterminale snavelband paste
totaal niet op Stormmeeuw, maar op
internet kwamen we foto's tegen van
Ringsnavelmeeuwen met een vrijwel
identieke snavelband.
3. De donkere iris is één van de doorslag
gevend kenmerken om deze vogel een
hybride te noemen. Sommige Ringsna
velmeeuwen hebben de eerste paar
maanden van hun derde kalenderjaar
ook nog een redelijk donker lijkende
iris, maar altijd is er wel iets van een
lichte geelgroenige iris te zien en zeker
vanaf eind april moet derdekalender
jaar Ringsnavelmeeuw een duidelijk
zichtbare lichtere iris hebben.
4. De donkere tekening op de staart-
pennen is een goed kenmerk voor
Ringsnavelmeeuw, dit is overigens
een vrij variabel kenmerk, sommige
Ringsnavelmeeuwen tonen veel zwart
en andere juist weinig zwarte tekening
op de staartpennen.
22 't Zwelmpje 23e jaargang, nummer 2, december 2008
5. De mirror op p10 is vrij groot, redelijk
ver van de top van de handpen af en
de vorm is niet goed voor Ringsnavel
meeuw. De meeste derdekalenderjaar
Ringsnavelmeeuw laten een kleine
ronde mirror zien op de binnenvlag
van p10. Derdekalenderjaar Storm
meeuwen hebben vrij grote en lang
gerekte mirror op p10 en een kleine
mooi ronde mirror op p9. Vooral de
grootte en de vorm van de mirror op
p10 bij 'onze' vogel wijkt dus sterk af
het patroon dat de meeste Ringsna
velmeeuwen tonen.
6. De subterminale band die over p4
loopt is erg breed en niet onderbro
ken. Sommige derdekalenderjaar
Ringsnavelmeeuwen tonen ook een
subterminale band op p4, maar altijd is
deze band dan erg dun en vaak ook on
derbroken. Derdekalenderjaar Storm
meeuwen laten vaak een subterminale
band zien op p4 en soms zelfs zwarte
tekening op p3.
Onderstaand figuur toont een schets van
de linkervleugel van 'onze' vogel.
Het betreft hier waarschijnlijk het tweede
geval binnen de Western Palearctic, begin
2008 was er een eerder geval van een
gekleurringde vogel in Noord-Ierland.
Tijdens het zoeken naar vergelijkings
materiaal op internet kwamen we foto's
tegen van een geringde vogel bij Ber
gen (Noorwegen) die er als eerste-winter
goed uitzag voor een zuivere Ringsnavel
meeuw maar als tweede-winter en adult
toch wat kenmerken toonde die op een
hybride wezen en het is dus goed moge
lijk dat er nog meer gevallen zijn die nooit
goed gedocumenteerd of gepubliceerd
zijn. Maar het is duidelijk dat gevallen
van hybride Ringsnavelmeeuw x Storm
meeuw erg zeldzaam zijn!
Tekst, foto's en schets
les Meulmeester
23e jaargang, nummer 2, december 2008 't Zwelmpje 23