.4
Westkapelle november 2007: influxen van
Middelste Jagers, Stormvogeltjes en Kleine Alken
De tweede week van november 2007 zal bij veel zeetrekwaarnemers niet snel
vergeten worden. In de periode van 6 tot en met 13 november passeerden vanaf
de Atlantische Oceaan diverse depressies de noordelijke Britse eilanden. Over een
groot gebied, vanaf de noordelijke Atlantische Oceaan tot in de Noordzee, zorgde
dit voor een dagenlang durende noordwestelijke luchtstroom. De temperatuur
deed een flinke stap terug en niet zelden ging de soms harde noordwester ge
paard met felle hagelbuien. Deze extreme weersomstandigheden, en met name
de harde noordwestenwind in de noordelijke Atlantische Oceaan, zorgden voor
grote aantallen zeevogels in de Noordzee. De grote aantallen Middelste Jagers,
stormvogeltjes en Kleine Alken zullen veel waarnemers lang bijblijven.
Het begon op de 5e november toen de
hele dag een harde wind uit west tot zuid
west waaide. In de nacht van de 5e op de
6e draaide deze wind naar het noordwes
ten en nam toe in kracht. Bij het eerste
licht van de volgende dag stond er een
krachtige noordwester (6 Bft) en werden
de waarnemers bij de Westkaap compleet
verrast door de grote aantallen Middel
ste Jagers voor de kust. Gedurende de
hele dag was er een zuidwaarts gerichte
constante stroom van jagers. Groepen
tot tien exemplaren passeerden vooral 's
ochtends op korte afstand de Westkaap
- beelden die met name Niels de Schip
per, Gerard Troost en ondergetekende
niet snel zullen vergeten. Na het invallen
van de schemering om 17:30 stond de
teller op 354 exemplaren naar zuid en
8 noord, een verviervoudiging van het
dagtotaal van 90 op de 10e november van
het legendarische 1985 - een record wat
22 jaar standhield en dat schier onover
troffen werd geacht. Naast de Middelste
Jagers waren er ook andere zeevogels,
waaronder 12 Parel- en twee IJsduikers,
12 't Zwelmpje 23e jaargang, nummer 2, december 2008
11 Grauwe Pijlen, een Vorkstaartmeeuw,
ruim 2400 Drieteenmeeuwen, 12 Kleine
Alken en - klassiek op goede zeevogelda-
gen - tegen de namiddag de eerste Vaal
Stormvogeltjes (9) en een Stormvogeltje.
De volgende dag, 7 november, was de
wind iets gekrompen maar stond er nog
steeds een harde westenwind. De ver
wachtingen waren hooggespannen, maar
het aantal Middelste Jagers eindigde
op een enigszins 'teleurstellende' 111,
waarvan nu de meeste naar noord vlogen
(79). Hoogtepunten waren 11 Grauwe
Pijlstormvogels, 6 Vaal Stormvogeltjes,
weer een Stormvogeltje, een IJseend en
15 Kleine Alken.
Na de 7e leek het wat gedaan met de
zeevogelstroom. Op de 8e was de wind
gedraaid naar WZW en passeerden slechts
een Grauwe Pijl, een IJseend, vijf Kleine
Alken, maar wel een Rosse Franjepoot en
toch nog 73 Middelste Jagers. Het bleek
weer eens hoe de windrichting bepa
lend is voor het verschijnen van zeevogels
dicht onder de kust - zoals de volgende
dagen zouden doen blijken, waren ze
er wel!
Op de avond
van de 8e was de
wind weer naar noord
west gedraaid en toegenomen
tot een dikke 8 Bft. De combinatie van
de harde wind en de striemende hagel
buien (waarin de temperatuur daalde tot
2 graden!) en de vele zeevogels maakten
de telling op 9 november onstuimig en
hectisch. Middelste Jagers waren er weer
volop en door de harde wind niet alleen
boven zee, maar ook boven de dijk en
zelfs boven het binnenland. Het dagtotaal
van de 6e werd overtroffen met welge
teld 408 genoteerde vogels. Er waren nu
ook veel Vaal Stormvogeltjes (95), Rosse
Franjepoten (11) en meer Grote Jagers
(18) en Kleine Alken (57). Er flapte ook
nog een IJsduiker langs en zoals ver
wacht verschenen ook de eerste Grote
Burgemeesters uit het barre noorden (drie
eerste-winters).
Onder: Kleine Alk, boven: Middelste Jager
23e jaargang, nummer 2, december 2008 't Zwelmpje 13