Schaarse en zeldzame steltlopers in het Vroon
Rosse Grutto, 5 augustus 2008, 't Vroon
Foto: Thomas Luiten
Kleine Plevier, Bontbekplevier, Tureluur,
Kievit en Scholekster. De bodemdier-
etende eenden Bergeend (maximaal 33
exemplaren in mei) en Kuifeend werden in
alle maanden van het jaar waargenomen.
Belang van 't Vroon
voor watervogels
Direct na aanleg van het natuurgebied
't Vroon werd het gekoloniseerd door
een groot aantal soorten watervogels
dat daar voorheen niet voorkwam. Een
klein deel van de waargenomen soor
ten is standvogel in 't Vroon, de meeste
soorten zijn trekvogel of wintergast. De
verblijftijd kan zeer kort zijn (een dag),
maar ook enkele maanden bedragen. De
watervogels kwamen daar om te foera-
geren, rusten, slapen en broeden. Met
name het open water is belangrijk voor
de vele soorten watervogels: toen 't Vroon
dichtvroor in december 2008 verdwenen
alle watervogels. Het ontbreken van op
gaande vegetatie in 't Vroon is een be
langrijke factor. De watervogels zien dan
namelijk de predators beter aankomen
en kunnen zo tijdig vluchten. Daarom is
het belangrijk dat het gebied zijn open
karakter blijft houden.
Broedgebied
In 't Vroon kwam in 2008 een grote ver
scheidenheid aan watervogels tot broe
den. In de rietkragen hebben Grauwe
Gans, Nijlgans, Wilde Eend, Dodaars,
Meerkoet en Waterhoen gebroed. In de
vochtige graslanden en op de akkers
hebben Tureluur, Kievit en Scholekster
gebroed. Op de schaars begroeide oevers
broedden Kluut, Kleine Plevier en Bont-
bekplevier. Een uitgebreid verslag van
de broedvogels van 't Vroon is te lezen
in het vorige nummer van 't Zwelmpje.
Foerageergebied
In 't Vroon is voor diverse voedselgroe-
pen voedsel voorhanden, getuige de
aanwezigheid van viseters, planteneters
en bodemdiereters. In de diepste delen
werd gefoerageerd door viseters. In het
ondiepe water werden grondeleenden en
steltlopers vastgesteld. In de graslanden
en op de schaars begroeide delen foera-
geerden ganzen, eenden, Wulp, Kievit,
Scholekster, Steenloper en Goudplevier.
Slaapplaats en rustplaats
Het open water biedt veiligheid tegen
predators. Watervogels slapen daarom
graag in (ondiep) water. Watervogels
die naar t' Vroon komen om te slapen
zijn onder andere Grauwe Gans, eenden,
meeuwen en steltlopersoorten (Wulp en
Kievit). De functie van 't Vroon als slaap
plaats is nog onvoldoende onderzocht.
Overdag komen er diverse soorten naar 't
Vroon om te rusten. Dat zijn onder andere
eenden (Wilde Eend en Smient foerage-
ren vaak 's nachts), reigers, steltlopers en
meeuwen. Het gebied wordt als hoog-
watervluchtplaats (hvp) gebruikt door
onder andere Scholekster en Steenloper.
Floor Arts
18 't Zwelmpje 24e jaargang, nummer 3, december 2009
Voor de natuurontwikkeling van het Vroon, zoals die in 2006 en 2007 gestalte
kreeg, werden er in en rond dit stukje Nederland al veel leuke soorten gezien.
Zeldzame vogels ook, met als hoogtepunt een Schreeuwarend op 24 en 25
september 2005. De enige echt bijzondere steltloper werd op 7 juli 2004 gezien.
Die dag kwam er om 7.00u 's morgens een Griel uit zee vliegen (Pim Wolf, San
der Lilypaly). De vogel landde kort op de zeedijk en ging daarna binnendijks in
het gras zitten, waar hij zich tot in de middag aan veel toegesnelde Walcherse
vogelaars liet zien. Dit was de eerste goed gedocumenteerde waarneming van
deze soort op Walcheren. De Avifauna van Walcheren (Walhout&Twisk) vermeldt
nog een waarneming van een Griel op het strand bij Veere op 20 oktober 1937.
Toen halverwege 2007 duidelijk werd hoe
het 'nieuwe' Vroon er ongeveer uit ging
zien, waren de verwachtingen hoogge
spannen, en dan vooral met het oog op
steltlopers. Het najaar van 2007 leverde
nog niets op, dus moest het gebied zich
in 2008 maar gaan bewijzen...
Dat lukte heel aardig. Ies Meulmeester
verzorgde de aftrap door op 5 juli 2008
een fraaie adulte Poelruiter in de voorma
lige IJsbaan te ontdekken. Omdat deze
soort nog niet eerder voor een breder
publiek te zien was op Walcheren, kwa
men veel Walcherse vogelaars kijken. He
lemaal toen Pim Wolf op 7 juli een adulte
Gestreepte Strandloper langs de K. de
Vosweg vond. Deze bleek soms extreem
lastig te vinden, maar bleef gelukkig een
paar dagen in het gebied. De Poelruiter
werd op 8 juli voor het laatst gezien en de
'streep' zoals de soort soms oneerbiedig
wordt genoemd bleef tot de 10e. Dit was
nog maar de tweede Gestreepte Strand
loper voor Walcheren, na een vogel in een
slibdepot langs de Oude Veerseweg op
30 augustus 2003.
Een dikke maand later, op 20 augustus,
zag Pim Wolf een juveniele Grauwe Fran-
jepoot invallen in het Vroon. De vogel
besloot dat het na een minuutje al mooi
genoeg was geweest en vertrok weer.
Weer een week later, op 28 augustus,
ontdekte alweer Pim hier een tweede
juveniele Grauwe Franjepoot. Deze vogel
bleef twee dagen aanwezig en verleidde
de volgende dag enkele vogelaars tot
een uitstapje tijdens de jaarlijkse bar
becue van onze vogelwerkgroep aan de
Baaiweg.
Net toen iedereen de conclusie trok dat
het met de steltlopers in het Vroon in
2008 wel goed was gekomen, haalde Rob
Sponselee de eerste steltloper-hoofdprijs
binnen. Hij ontdekte namelijk in de och
tend van 17 oktober een Kleine Geelpoot-
ruiter in de plasjes langs de Hogeweg.
Deze primeur voor Walcheren liet zich
de rest van de dag aan heel wat voge
laars zien. Een paar uur na de ontdekking
leek deze waarneming nog even naar de
achtergrond gedrongen te worden. Toen
zochten tien Walcherse vogelaars zich
suf naar een Goudlijster, die op het op
slagterrein van Westkapelle was gezien.
Omdat de Goudlijster niet meer gevon
den werd, staat 17 oktober 2008 toch in
de geheugens gegrift als de dag waarop
24e jaargang, nummer 3, december 2009 jjd 'tZwelmpje 19