Anser en Branta op Walcheren in de winter van 2009/2010 De afgelopen winter was er een om nooit te vergeten op vogelgebied. De winter kenmerkte zich door langdurige koude en veel sneeuw, wat resulteerde in grote aantallen vogels. De soorten die voor iedereen het meest bij zullen blijven zijn toch wel de Kramsvogel, Roerdomp en de grote hoeveelheden ganzen. Over deze laatste bijzondere soortgroep gaat dit artikel. Sinds de winter van 1996/97 hebben we niet meer zulke langdurige vorstpe riodes en sneeuwdagen gekend. Zeker de sneeuw was boven de rivieren en helemaal in het uiterste noorden een belangrijke factor waardoor veel vogels zich genoodzaakt zagen af te zakken naar het sneeuwvrije Zeeland. Nu hebben we in Zeeland over het algemeen al hele maal niet zo te klagen over de aantallen ganzen, maar deze laten Walcheren toch hoofdzakelijk links liggen. Alleen deze winter waren er wel grote hoeveelhe den en verschillende soorten ganzen te zien op ons 'eilandje'. Hieronder zijn het voorkomen en de aantallen van de be langrijkste soorten beschreven, andere details staan in het waarnemingenover zicht achterin dit blaadje. Kolgans Vanaf begin december werden al aan tallen tot 500 vogels genoteerd in het Oude Veerseweggebied. Dit van ouds her belangrijke gebied voor de Kolgans herbergt jaarlijks zo'n kleine 1000 vogels. Pas vanaf half december begon de soort ook de andere geschikte gebieden op Walcheren te bevolken, getuige de waar nemingen van 1200 exemplaren aan de 8 'tZwelmpje 25e jaargang, nummer 2, juli 2010 Zandvoortweg en 300 exemplaren in de omgeving van Poppendamme. De gehele winter bleef de Kolgans veruit de meest algemene ganzensoort op het eiland met als kerngebieden het Oude Veerseweggebied, het Zandvoortweg- gebied, de omgeving van Hoogelande en rond de Vrijheidsweg bij Aagtekerke. Een totale schatting is moeilijk te maken, maar uit de waarnemingen blijkt dat zeker zo'n 10.000 vogels op Walcheren hebben overwinterd. Omdat de aantallen veel hoger lagen dan normaal zaten er ook meer vogels tussen met halsbanden. Toch waren de meeste halsbanden 'oude bekenden' van ons ei land. Zo waren er veel lichtgroene hals banden af te lezen van vogels die allen in 2007 zijn geringd aan de Oude Veerse- weg. Deze groep vogels overwintert ie dere winter op Walcheren. Ook waren er een aantal zwarte halsbanden uit de omgeving van Nijkerk en een paar uit de Pyasina-delta in het noorden van Siberië. Kleine Rietgans De aantallen van deze soort zal iedereen zich nog wel blijven herinneren. De Kleine Rietgans is een gans die een typisch ver spreidingspatroon heeft binnen Neder land. De grootste aantallen verblijven in het begin en aan het eind van de winter in Friesland en tussendoor verblijven ze hoofdzakelijk in België. Wie in november gedurende de juiste paar dagen buiten is, kan genieten van deze korte maar he vige trekgolf. Vaak vliegen de vogels in de ochtenduren met vele duizenden over de westelijke helft van Walcheren in mooie formaties naar België. Ditzelfde fenomeen doet zich een paar maandjes later weer voor, maar dan andersom. Dit jaar kwam dat tot uiting in de waarneming van dik 3400 exemplaren vliegend naar het noor den over Zoutelande begin januari. Alleen dit jaar was het net iets anders en konden we langdurig genieten van Kleine Rieten aan de grond. Het begon rustig aan, met in december enkele 25e jaargang, nummer 2, juli 2010 'tZwelmpje 9

Tijdschriftenbank Zeeland

't Zwelmpje | 2010 | | pagina 6