Zwartkop, Oranjezon, 23 mei2010. Foto: Jaco Walhout opmerkingen: 0-meting bos aanleg lange winter 2005 2006 2007 2008 2009 2010 Bergeend 0 1 0 0 0 0 Wilde Eend 6 6 11 8 16 21 Kuifeend 1 1 1 0 0 0 Patrijs 2 0 1 2 1 1 Fazant 3 7 11 12 14 15 Waterhoen 3 4 6 5 3 4 Meerkoet 1 2 1 2 2 4 Kievit 0 0 0 2 4 4 Scholekster 1 1 0 0 0 0 Houtduif 11 15 15 15 19 18 Turkse Tortel 3 1 2 1 0 0 Koekoek 0 1 0 0 1 1 Groene Specht 1 1 1 0 0 1 Grote Bonte Specht 0 1 1 0 0 0 Witte kwikstaart 0 1 1 0 0 0 Winterkoning 7 11 15 13 11 7 Heggemus 5 3 6 5 7 11 Roodborst 2 1 3 4 1 1 Merel 12 16 19 21 23 20 Zanglijster 3 4 4 4 4 7 Sprinkhaanzanger 1 0 0 0 0 0 Bosrietzanger 4 4 4 6 12 10 Kleine Karekiet 5 7 12 16 15 23 Spotvogel 0 1 0 2 1 5 Grasmus 4 3 4 6 11 17 Braamsluiper 1 3 3 0 1 0 Tuinfluiter 7 4 6 7 9 11 Zwartkop 2 5 2 4 8 4 Tjiftjaf 4 6 12 14 10 12 Fitis 8 7 8 7 11 17 Grauwe Vliegenvanger 0 1 0 0 0 0 Staartmees 0 1 1 0 0 1 Pimpelmees 2 2 4 5 2 5 Koolmees 4 5 8 11 7 9 Vlaamse Gaai 0 1 1 0 1 0 Ekster 1 2 2 1 3 2 Kauw 2 1 1 2 0 5 Zwarte Kraai 0 3 3 0 3 2 Spreeuw 1 0 2 1 0 0 Putter 0 0 0 0 0 6 Rietgors 1 1 1 0 1 0 Aantal territoria 108 134 172 176 201 244 Aantal soorten 30 36 33 26 28 29 saldo t.o.v. vorige jaar 3-/9+ 5-/2+ 8-/1 3-/5+ 2-/3+ Figuur 3: resultaten Bos Biggekerke 16 't Zwelmpje 25e jaargang, nummer 3, december 2010 De nieuwe gedeelten worden doorgaans het eerst bevolkt door Grasmussen, al snel gevolgd door de Fitis. Verrassend genoeg behoren ook Merels en Bosrietzangers tot de pioniers. Ik nam dit in verschillende jaren waar, doordat een deel van het struikgewas niet aansloeg en die delen dus een jaar jonger waren. De winter van 2009/2010 was koud met vrij lange vorstperioden. Dit kan een ver klaring zijn voor de mindere aantallen Winterkoning en Merel. De andere stand vogels hebben niet geleden. Heggemus nam zelfs in aantal toe en de halvering van het aantal Zwartkoppen moet een andere oorzaak hebben. Het aantal Winterkoningen is gedaald, maar veel opvallender was het aantal waarnemingen van zingende Winterko ningen. 2010 was het enige jaar dat de Winterkoningen niet fanatiek zongen. Ik vraag mij af of dit te maken heeft met de 'draagkracht' van het gebied. Zo ja, dan zouden Winterkoningen bij een vol gebied meer energie besteden aan het verdedigen van hun territorium. De mate van zang is dan een indicatie voor de Winterkoningverzadiging van een gebied. Leuk studieobject voor een biologiestu dent... De Kievitenparen waren voor mij een verrassing. Ik had ze in de kleine stuk jes grasland niet verwacht. Ze hebben gebroed, en in 2009 (2x2) en 2010 (1x2) zijn er eieren uitgekomen. In 2009 heb ik nog vrij grote jongen gezien, maar in 2010 slechts één waarneming van jonge pullen. Er zitten meerdere Blauwe Reigers in het gebied, er zitten veel Zilvermeeu wen en ook de Zwarte Kraaien lusten wel een kievitjong. Ik ben benieuwd wat de Kieviten komende jaren aan doen, maar veel kans op broedsucces geef ik ze niet. De waarnemingen van Scholeksters, Kuifeenden en Bergeend bleven zonder waarneembare broedpoging. 25e jaargang, nummer 3, december 2010 'tZwelmpje 17

Tijdschriftenbank Zeeland

't Zwelmpje | 2010 | | pagina 10