Baltische Mantelmeeuwen op Westkapelle In dit artikel wordt het voorkomen van Baltische Mantelmeeuwen Larus fuscus fuscus op Westkapelle behandeld. Alle waargenomen individuen tot en met 1 januari 2011 zijn in te delen in twee groepen, namelijk geringd en ongeringd. In dit artikel wil ik ze dan ook per groep behandelen, te beginnen met de geringde Baltische Mantelmeeuwen. Wat betreft de ongeringde exemplaren worden alleen exemplaren behandeld die aan de volgende regels voldoen: tweede kalenderjaar exemplaren met een complete of bijna complete set nieuwe tweede-generatiehand-, arm- en staartpennen, derde/vierde- kalenderjaar vogels met gestaakte rui in de handpennen en die verder ook alle uiterlijke kenmerken van fuscus vertonen, en tot slot adulte vogels in het najaar na de tweede helft van september met geen (of hooguit de binnenste twee handpennen) actieve rui in de binnenste handpennen. Verder zijn ook de uiterlijke kleedkenmerken en de structuur van groot belang. Ongeringde eerste-kalenderjaar vogels zijn niet met 100% zekerheid als Baltische Mantelmeeuw te determineren. Voor ver dere uitwerking van de kleedkenmerken en details zie de hieronder besproken vogels en vooral de baanbrekende artikelen van Lars Jonsson (1998) en Chris Gibbins (2004). Geringde Baltische Mantelmeeuwen 16 oktober2004, eerste-kalenderjaar Bal tische Mantelmeeuw, geringd met witte kleurring met de inscriptie CXVA. On danks dat ongeringde eerste-kalenderjaar exemplaren niet met 100% zekerheid te determineren zijn is deze geringde vogel wel een typisch voorbeeld van een klas sieke juveniele Baltische Mantelmeeuw, die zelfs zonder ring nog zou opvallen! Let op de slanke bouw, lange handpen- projectie, korte poten en dunne slanke snavel. De kop, borst en onderdelen zijn erg contrastrijk en zwak tot niet getekend. Foto: Jaco Walhout 8 't Zwelmpje 26e jaargang, nummer 1, oktober 2011 27 oktober 2004, eerste-kalenderjaar Baltische Mantelmeeuw, geringd met metaal. Helaas kon bij deze vogel alleen de ringcentrale (Finland) worden afge lezen en zijn verdere ringdetails niet te achterhalen. Let ook bij deze vogel weer op de kenmerken die bij bovenstaand exemplaar genoemd zijn. Let bovendien op het voor eind oktober erg verse kleed, een teken dat hij in het Scandinavië is geboren. Foto: Pim Wolf 6 oktober 2009, vierde-kalenderjaar Baltische Mantelmeeuw, geringd met zwarte kleurring met de inscriptie J781. Alle handpennen bij deze vogel zijn nog aanwezig en nog ongeruid. Deze vierde- kalenderjaar is nauwelijks van een adulte vogel te onderscheiden. Het enige wat nog op een onvolwassenheid duidt, is het zwart op de snijranden van de snavel. In alle opzichten is dit een klassieke fuscus. In tegenstelling tot de meeste geringde fuscussen die in Nederland waargeno- Foto:les Meulmeester men worden, is deze vogel niet in Fin land maar in Sorhorsv^r, Somna, Nordland in Centraal-Noorwegen geringd, op 27 juli 2006. In Centraal- en Noord-Noorwegen bevinden zich slechts enkele kolonies waar exclusief Baltische Mantelmeeuwen broeden; in de meeste Noorse kolonies broedt ook intermedius. Deze vogel is geringd in een zuivere fuscus-kolonie, waar volgens de ringer Morten Helberg nog geen lichtere intermedius-type vogels zijn waargenomen of broeden. 28 september2007, adulte Baltische Man telmeeuw, geringd met metalen ring uit Finland met de inscriptie HT091455. Een erg slank gebouwde vogel, korte poten en lange handpenprojectie. Alleen op de buitenste handpen (p1ü) bevindt zich een kleine mirror. Niet zichtbaar op deze foto is dat alleen de binnenste twee handpen nen zijn geruid (p1 is volgroeid en p2 groeit nog). Wel zichtbaar op deze foto is de rui in de bovendelen. Bijna alle schou- Foto: Pim Wolf 26e jaargang, nummer 1, oktober 2011 'tZwelmpje 9

Tijdschriftenbank Zeeland

't Zwelmpje | 2011 | | pagina 6