buizerds en zeven Slechtvalken. Aanne
melijk is dat vanwege hun zuidoostelijke
koers een groot deel van de Buizerds en
Ruigpootbuizerds ook vanaf de Nolledijk
zijn gezien. Met name de Blauwe Kieken
dieven en Sperwers volgden echter een
meer zuidwestelijke koers: ze kwamen
aanvliegen over Noord-Walcheren en
staken direct de Westerschelde over
richting Zeeuws-Vlaanderen. Ervaringen
uit het verleden leren dat vooral Blauwe
Kiekendieven over een breed front over
Walcheren trekken en zich nauwelijks
langs de zuidwestkust van Walcheren
laten stuwen. Op goede dagen is vanaf
de Nolledijk een trekroute te zien die zich
concentreert boven het midden van Wal
cheren en waarbij het gros ter hoogte
van Dishoek/Kaapduin de Westerschelde
oversteekt en daarbij de zuidwestelijke
koers blijft aanhouden.
Een dag later, 16 oktober, was de wind
nog steeds zuidoost en passeerden, naast
de enige Rode Wouw van het seizoen,
nog eens vijf Ruigpootbuizerds de Nol
ledijk. Een tweede golf roofvogels diende
zich aan op 23 en 24 oktober. Op beide
dagen stond een vrij krachtige zuidoos
telijke wind. De 24e was zonder meer
een topdag; op de Nolle werden nieuwe
dagrecords werden gevestigd van Blauwe
Kiekendief (26), Sperwer (373) en Ruig-
pootbuizerd (19). Ook Buizerds deden het
goed met 171 stuks. Blauwe Kiekendieven
en Sperwers trokken tamelijk gespreid
over de dag door. Ruigpootbuizerds ver
schenen uitsluitend in de middag, met de
eerste passant om ongeveer 12.00 uur
en de laatste om 16.00 uur. Opvallend
was dat de Ruigpootbuizerds - meestal
solitair, soms in tweetallen - vaak ver
schenen boven de duinen van Dishoek en
het Dishoekse bos en daarna in oostelijke
richting het binnenland in verdwenen.
Sommigen waagden de oversteek en
staken de Westerschelde over richting
Zeeuws-Vlaanderen, een enkeling pas
seerde de telpost op korte afstand en
volgde de duinen verder richting Vlis-
singen om waarschijnlijk zuidelijker het
water over steken.
Die middag van 24 oktober beleefde
ondergetekende samen met Corstiaan
en Pieter Beeke een fantastisch uurtje
bij Joossesweg, tussen Westkapelle en
Zoutelande. In ruim een uur tijd trokken
daar niet minder dan tien Ruigpootbui-
zerds over. Diverse vogels bleven een
tijdje jagen boven de braakliggende ruige
terreintjes rondom'de Hooizolder' en lie
ten zich prachtig fotograferen. Na verloop
van tijd vertrokken alle Ruigpootbuizerds
het binnenland in, richting zuidoost en
richting de Nolledijk. Ook in de afgelo
pen winter bleken de ruige terreinen ten
zuiden van de Oostkreek van Westka
pelle veel roofvogels aan te trekken, toen
vooral Blauwe Kiekendieven.
Werd het aantal van 26 Blauwe Kiekendie
ven al gezien als een fantastisch en haast
'onverbreekbaar'nieuw dagrecord, ronduit
fenomenaal was de doortrek van deze
soort enkele dagen later, op 27 oktober.
Door onder meer Corstiaan Beeke, Pim
Wolf en ondergetekende werden tot 16.30
uur 85 (vijf-en-tachtig) trekkende exem
plaren gezien vanaf de Nolledijk. De soort
trok de gehele dag door, met een lichte
piek in de eerste uren van de middag. Ook
toen viel de klassieke trekroute op: vrijwel
alle Blauwe Kiekendieven passeerden de
telpost aan de noordzijde, slechts een en
keling aan de Vlissingse kant.
4 'tZwelmpje 26e jaargang, nummer 2, februari 2012
De meeste vogels werden opgepikt boven
het Dishoekse bos en boven de duinen, ter
hoogte van Kaapduin en de radartoren.
De duinpannen rondom Dishoek hadden
een grote aantrekkingskracht; veel van de
passerende Blauwe Kiekendieven hingen
voor korte of langere tijd rond om er te
jagen, soms tot wel vijf exemplaren te
gelijk. Daarna wonnen de vogels hoogte
boven de duinen en begonnen aan de
oversteek naar Zeeuws-Vlaanderen. Dit
gebeurde vaak in duo's. Nadat ze even
uit het zicht waren verdwenen achter de
duinen van Vebenabos duurde het vijf
minuten voordat de eerste kon worden
opgepikt boven de Westerschelde. Door
de tegenwind bleven de roofvogels vaak
laag boven het water vliegen. Twee keer
werd gezien hoe drie vogels in een com
pacte groep laag over de Westerschelde
vlogen. Een prachtig beeld! Aan het einde
van de middag passeerde zelfs een groep
van vier exemplaren. De manier waarop
ze boven het water vlogen - rustig flap
pend met lichte hoogtewisselingen -
deed ons soms denken aan het beeld
van trekkende groepjes Middelste Jagers
langs Westkapelle.
De meeste Blauwe Kiekendieven betrof
fen zogenoemde 'ring-tails': vrouwtjes
of juveniele mannetjes. Slechts vijf
vogels waren herkenbaaralsadulte
of subadulte mannetjes.
Behalve de Blauwe Kieken
dief vloog ook de Sperwer
goed. Er werden 369 trek
kers Sperwers geschre
ven, waarmee het eerder
die week gevestigde re
cord (373) net niet werd
gehaald. Er trok die dag
Juveniele Ruigpootbuizerd, Joossesweg,
24 oktober2011. Foto: Thomas Luiten
trouwens slechts één Ruigpootbuizerd
voorbij.
Ten tijde van dit schrijven - 15 novem
ber - is het najaar al voor een groot deel
voorbij. Op de website www.trektellen.nl
zijn in de tussenstanden alvast te zien; de
uiteindelijke totalen zullen er niet veel van
verschillen. In een enkele oogopslag lees
ik hoeveel roofvogels dit najaar alleen al
langs de Nolledijk trokken: 193 Blauwe
Kiekendieven, 2022 Sperwers, 1140 Bui
zerds, 44 Ruigpootbuizerds. Herfst 2011
zal de boeken ingaan als een van de be
tere roofvogelseizoenen, zo niet
het beste.
Thomas Luiten
26e jaargang, nummer 2, februari 2012 'tZwelmpje 5