Hoe een Ringmus een Roodkopklauwier werd
I 19 iL ï/uv mr
Jos Boot
Zaterdagmorgen 4 juni 2011 was ik
vroeg op pad. Het zou een mooie
zomerdag worden. "Wu gaen ni stran
ge vanmiddag oh", had mijn vrouw
gezegd. Daarom eerst een vogelrond
je. Onderweg naar Westkapelle fiets
ik meestal onderlangs de duinen. Je
hoort er veel en ziet altijd wel wat.
Hé, wat leuk, een Ringmus in de struik
jes bij de duinovergang waar wij ons
strandhokje hebben. Oké, die staat. Op
de Hogeweg aangekomen maak ik een
praatje met Pim. "Een mannetje Ring
mus? O, leuk, 't zijn ook mooie beest
jes!". Ik telde zo'n 78 waarnemingen die
dag, dus ik was dik tevreden. Afijn, het
werd zoals de weerman beloofde een
prachtige dag, dus 's middags lekker
naar het strand. Pas tegen 19.30 uur
togen we huiswaarts. Ik had m'n kijker
tje nog bij me en dacht: "Even kijken of
die Ringmus er nog zit".
Het beestje was snel gevonden. Maar
hij zag er toch wel erg mooi uit voor
een mussensoort.Uhm, er klopt
iets niet! Witte strepen op de vleugels
en geen bruine maar een rode kop,
die helemaal doorloopt tot in de nek.
Een lange staart. Ook de manier van
foerageren klopte niet. Tjee, wat heb ik
nou toch in beeld!? Gauw naar huis! (Ik
had geen mobiel of iets anders mee.)
Wat bleek: een Roodkopklauwier!
Direct een sms naar Rob Sponselee
gedaan en onmiddellijk ingevoerd
op waarneming.nl. Nou, dat heb ik
geweten! Na enkele minuten hangt
Corstiaan aan de lijn. "Waar zit 'ie
precies en wat heb je gezien?" Ik mijn
verhaal gedaan. "Klinkt goed, Jos, we
komen er zo aan!" Ik had zelf mijn
zakken vol voor vandaag, dus ik bleef
thuis.
Helaas. de vogel was niet te vinden!
Balen dus. De volgende morgen,
zondag, winderig en miezerig, toch
weer maar even gaan kijken. Kan nog
net voor kerktijd. Loopt me daar een
groep van dertig man! Oei, oei, wat
heb ik nou toch veroorzaakt!? "Dus u
bent diegene die dit allemaal teweeg
4 't Zwelmpje dx 27e jaargang, nummer tfaugystusflOIS
heeft gebracht", sprak een man die later
de voorzitter bleek te zijn. "Ja, wij zijn
met de vogelwerkgroep Uden in Kasteel
Westhove, en we lazen de melding van
een Roodkopklauwier." Helaas, ook deze
mensen konden niks vinden. 's Avonds
nog een keer terug geweest en gezocht
met Pim en met Peter Roelse, echter
zonder resultaat. Tja, daar sta je dan:
heb je iets bijzonders gezien, kunnen
ze 'm niet terugvinden. Maandagavond
wezen kijken, woensdagmorgen en de
volgende zaterdag: niks, niks, niks, ook
de andere aanwezige vogelaars niet. De
twijfel groeide met de dag.
Zondag 12 juni was het Pinksteren. Een
mooie zonnige dag, maar erg veel wind
en een beetje fris. Mijn vrouw had niet
zo'n zin "om ni strange te gaen" en de
kinderen gingen elk huns weegs. Ik zei:
"ik gae lekker loope deu d'n oek". Na een
grote ronde van een uur of twee wan
delen besluit ik om toch nog een keer
langs de duinovergang te gaan. Tsjonge,
wat een drukte op het fietspad! Als je
even met de verrekijker staat, word je
bijna van de sokken gereden zoveel
fietsers. Maar hé. wat is dat!? Hij zit er
weer, de Roodkopklauwier. Nou ja zeg,
pats boem, volop in beeld, op precies
hetzelfde plekje, in precies hetzelfde
struikje. Nou zal ik je hebben! Dezelfde
procedure gevolgd en nu was het wel
raak: Gido Davidse was, meen ik, de eer
ste die 'm terugvond, op het weitje aan
de zijde van Hotel Zuiderduin.
Pfff, wat was ik opgelucht. Ik ben ten
slotte nog lang geen doorgewinterde
vogelaar, heb een dikke-vet-in-het-rood-
staande melding gedaan en dan wordt
de hij na acht dagen toch gevonden. Je
snapt: de voldoening was groot en het
werd een drukte van belang op het stuk
je duin aldaar. Ik kreeg leuke reacties en
ik ben trots op deze vondst.
We hadden het al een paar keer gehoord: 's morgens vroeg
scharrelde er een vogel over het dak, gevolgd door een geluid
wat leek op een langs de pannen naar beneden rollend voor
werp. Toen vond ik een ding - ja, hoe heet zoiets? - in de tuin.
En later net zo één op de oprijlaan. Ik controleerde vanuit de
dakkapel de goot maar eens en zag dat er inderdaad zo'n ding
verdwenen was. Maar toen vond ik er nog één, en toen één
van een ander type, en toen moest het muntje wel een keer
vallen: er zit bij ons in de buurt een vogel die zulke dingen
verzamelt! Inmiddels hadden we er al zes!
Maar wie was de boosdoener? Een Ekster? Of een Gaai? Die
staan allebei bekend als notoire verzamelaars. Zittend achter
de computer, surfend over het internet (weer geen interessante
mededelingen op Deltavogelnet!) zie ik opeens op de schoor
steen van de achterburen een paartje Kauwen waarvan er één
zo'n ding in zijn snavel heeft. Vorig jaar broedden ze in deze
schoorsteen, maar blijkbaar was de buurman het beu en hij had
de pijp geblokkeerd met net zo'n ding, maar dan van metaal en
een stuk groter. Nog jaren zie je dan zo'n gefrustreerd Kauwen-
paar telkens en telkens weer proberen om toch in die schoor
steen te kruipen. Uiteindelijk broeden ze dan toch maar ergens
anders, maar de liefde voor die oude woning blijft.
Ik zat toch achter de computer, dus even zoeken en. bingo,
zo'n ding heet een bladrooster voor in de gootafvoer. Deze
Kauw is dus een bladroosterfetisjist. Maar waar komt zo'n
gedragsstoornis vandaan? Je zou toch denken dat het als nest
materiaal waardeloos is. Aan de andere kant, het staat natuur
lijk wel retestoer als je je vrouw zo'n ding aanbiedt. Het zal mij
benieuwen hoeveel buren komende herfst last gaan hebben
van verstopte goten. In mijn goten missen er drie, en ik heb er
nu al zes, dus ik zit wel goed.
Jan Goedbloed
27ejaargang, nummer 1, augustus 2012 't Zwelmpje 5