De kolonie breidde zich snel uit naar de ernaast gelegen
boerderij van de heer De Bruin en later ook naar de Iepen
aan de Galatheese Dijk. De uitbreiding stond in verband
met het verdwijnen van ... kolonies elders, zoals die te Din-
teloord. De 'Reigers werden nooit verstoord en er is dan
ook nooit op geschoten, aldus De Bruin, die ontstaan en
ondergang van de kolonie heeft meegemaakt en die zich her
Deze kolonie was gevestigd op "Hofstede Biemond" aan de
Plaatweg. Hoewel er ijeinig betrouwbare gegevens bekend zijn,
is het in ieder geval nooit een grote kolonie geweest. De
Reigers broedden er ...
rustig in de kolonie. De dieren werden verjaagd omdat men
dacht dat de bomen zouden doodgaan vanwege de uitwerpselen
van de Reigers. Toen de bomen dood waren kregen de Reigers
dan ook de schuld. Niet
Al broeden er in Nederland verdeeld over zo'n 200 kolonies
ongeveer 10.000 Blauwe Reigers en al is ook Schouwen een
dergelijke kolonie rijk, toch moet de kop van dit verhaal
negatief worden bekeken
Pag. 83. Kolonie Grote Sterns in de Suzanna Inlaag, 8 juni 1934, foto Riekel ten Kate.
Pag. 92. Dwergstern 1922, foto J. Vijverberg.
land. Dat verkleint de kans dat rovers zoals Vos,
Bunzing, Hermelijn, Wezel, rat en Mens de kolonie bereiken. Tegenwoordig
zijn rat. Mens en Wezel - vermoedelijk in die volgorde - de gevaarlijkste in de ... De tot dusver genoemde factoren zijn voornamelijk van a-biotische aard. Er
moet echter ook nog een biotische factor worden genoemd: de aanwezig
heid van een Kokmeeuwen-kolonie. Ik meen dat Jan P
vangst en
het transport terug naar de kolonie kosten heel wat tijd.
Zowel Visdieven als Grote Sterns blijken voordeel te hebben van het nabuur
schap van een kolonie Kokmeeuwen in het geval van stropende Zilvers en
Mantels. Toen er op de Hompelvoet ratten verschenen ... , bleken de Kokmeeu
wen gedurende de vestiging deze rovers uit het centrum van de kolonie te
verdrijven. Later in het broedseizoen vormden de Kokmeeuwen een effektie-
ve barrière en waren de in hun midden
" verslag gedaan van een Wezel die op de
hil in de kolonie van de Weevers Inlaag grote aantallen jonge, niet vliegvlug-
ge Visdieven doodbeet (de Koningh, 1972).
Komt er echter een bonte of zwarte kraai in de buurt van de
kolonie, dan breekt de hel los en met z'n allen verdrijven ze
de indringer in de kortst mogelijke tijd.
Vanaf 1954 was er een nieuwe kolonie van formaat: in de Braakman. In dat
jaar waren hier ongeveer 35 nesten. Deze broedplaats werd echter weer snel
verlaten; in 1957 nog maar 13 paar en dit was
Op de schorren van het Zuid-Sloe (de Kaloot), tussen Walcheren en Zuid-
Beveland, bevond zich een kolonie Visdieven, die in 1942 50, in 1945 65, in
1956 75 en in 1957 300-400 paar telde. Deze ... In de Oosterschenge broedden in 1940-1947 60 a 75 paar, in 1942 150 paar en
in 1948 30 paar. Deze kolonie is tegenwoordig verdwenen.
er een nieuwe kolonie
van 15 nesten bij het polderhuis van Wissenkerke. In 1952 en 1953 waren de
aantallen hier toegenomen (Braaksma, 1958). Verder wijzen de, fragmentari
sche, gegevens erop dat er zo ... tot 200 a 300 paar in de jaren 1970-1973. Toen
op de nabij de Goudplaat gelegen Soelekerkeplaat een nieuwe kolonie ont
stond, namen de aantallen broedende Visdieven op de Goudplaat na 1974
sterk af en
23 paar en tussen 1970 en 1977 2 tot 10 paar. Op Duiveland resteert nog één
kolonie: in de Maire bij Oosterland, waar in 1978 30-35 paar broedden.
... ) broedden
in 1978 9-12 paar en in 1979 8-12 paar. Op het werkeiland Molenplaat in de
Oosterschelde nabij Bergen op Zoom was in 1977 een kolonie van 50-75 paar
en in 1978 van 20-25 paar. Tengevolge van
.v. de kolonie Dwergsterns op de Ho
ge Platen). Verder springen twee aan de rand van het ge
bied gelegen gebieden er qua vogelrijkdom uit: Het Zwin
de grootste kolonie herbergen. Tussen 1970
en 1979 vertoonde het aantal broedende Visdieven in de Grevelingen een
toenemende tendens en bereikte een top in 1979 met 618 paar (Sterna;
Braaksma, 1958
de aantallen en in 1958 broed
den er 800 paar, in 1959 600, in 1960 400, in 1962 220 en in 1963 60. Sindsdien
broeden er hoogstens nog enkele paren (Jaarverslagen De Beer). In 1979 was
er een kolonie ... Op het opgespoten terrein op het Hellegatsplein bevindt zich in ieder geval
sinds 1963 een kolonie Visdieven. De meeste jaren broedden hier tussen 40
en 60 paar, in 1967 130 en in 1970 125 paar
wel goed was blijkt uit het feit dat een kolonie
Visdiefjes wel met succes op het Sternenstrandje heeft gebroed.
dijks komen te liggen. Door de uitbanning van het getij en de stringente be
waking zijn hier de afgelopen jaren de broedseizoenen voor een groeiende
kolonie zeer gunstig geweest en zijn vele jongen
Vanaf half juni werd de Kolonie regelmatig door Bruine Kiekendieven be
zocht. De Kokmeeuwen bleken meestal niet in staat om deze vogels uit de
kolonie te verjagen. Op Ivlarkenje verliep het seizoen
In de dertiger jaren was er naast deze twee kolonies in de jaren 19311932 en
1934 nog een kolonie op het Groene Strand van Oostvoorne. De respectieve
lijke cijfers voor deze jaren waren 1000 paar, 30
kolonie
aanwezig waren. In de dagen daaraan voorafgaand waren ze telkens bij
'panics' (massaal opvliegen) voor roofvogels, met name Slechtvalk en
p Sperwer, niet meer of slechts vele uren later naar de
Een kolonie huiszwaluwen is nu reeds aangegroeid
tot, naar ruwe schatting, 100 stuks prachtige vogeL.:
welke het rond de bungalow en het atelier, hetwelk de
bewoner er onlangs liet bijbouwen prima ... Soms strijkt de kolonie op de hoge antenne neer en
kunnen we ze bij benadering tellen zegt. het echtpaar, dat
bijzonder is ingenomen met deze "commune".
"Tenslotte is het weren van mensen, honden en ratten van bijzonder
groot belang en bewaking gedurende de broedtijd is dan ook een eerste
vereiste om een kolonie Grote Sterns te behouden."
naar Zuid-Beveland. Eind mei 1945 waren wij
weer terug op de totaal verwoeste Oosterland-
se kooi. Een kolonie Aalscholvers, dat was alles
wat restte'. Twee jaar later, op 1 mei 1947,stop
te Simon
aantreffen. Vooral het kolonie vormend man-
teldier: Geleikorst, de kwalpoliep: Klein Tandho-
renkoraal en de mosdiertjeskolonie: Fijne Vliescel-
poliep, komen we heel vaak tegen. Bij het wier
wemelt het van
Voor ons was de dag nog niet afgelopen. De duizenden Grote Sterns
broedend op Markenje zouden ons in verrukking brengen toen een Bruine
Kiekendief boven de kolonie verscheen. En nog later ontdekten
Dreischor en Nieuwerkerk. In deze Sasput lag een „hil" een eilandje met een
kolonie van Visdiefjes en Kokmeeuwen (foto 20). Het was een van de geliefde
plekjes van de bekende vogelfotograaf Johannes
paarterreinen afgaan. Allereerst
de Zoeten en Zouten Haard. Meteen in het begin bij het rechthoekje met kruis
een prachtig terrein voor insecten. Er was daar een kolonie van enige honder
den nesten van de
eenden en zilvermeeuwen vindt men in die duinen ook de klei
ne kolonie stormneeuwenDeze duinen zijn mede daarom terecht
gesloten voor het publiek, al worden de vogels toch nog al
eens verstoord door
Maar op de Kwade Hoek is er een grote kolonie Kokmeeuwen
Inlagen een kolonie Visdieven
van 20 nesten „verdween". Het is ook de vraag of het volksgebruik van het
snijden van zeekraal in de inlagen en op de karrevelden tegenwoordig niet
moet worden beperkt
Kokmeeuwen. In 1988
huisden er nog nauwelijks paren tussen het op
gaand geboomte tegen het talud, zodat vrijwel de
gehele kolonie op het kale deel lag en de visdieven
geen kokmeeuwvrij deel meer ter
Achteruitgang van de kolonie
... In de jaren '60 was het gedaan met de reigerop-
vang, want de kolonie ging hard achteruit. De ver
vuiling van het polderwater verminderde het voed
selaanbod. De strenge winter van 1963 eiste een
Koereiger 24 25-5-92 1 ex. in/bij kolonie Kok
meeuw/Grote Stern; 23-6-92 1 ex. achtervolgd door Zil
vermeeuw (wellicht gaat het steeds om dezelfde vogel die
ook bij Haamstede werd gezien).
In de broedtijd waren er er een paar gevaren
voor de kolonie. Allereerst storm, die de takken-
nesten de boom uit schudde. Verder namen Zwarte
Kraaien wel jonge reigers met hun poten op en lie
ten ze
De situatie-schets, die ik dank aan de medewerking van de
heer G. Verhaak, hovenier op Heesterlust en met wie ik ook
de eerste tellingen verrichtte, toont een overzicht van de
kolonie.
Rondom de Hompelvoet veel lawaai door de grote kolonie
grote sterns, terwijl ook de noordse sterns en de andere
meeuwen zich niet onbetuigd lieten.
Woensdag bleek het veel harder te waaien. Ver
der was het over het algemeen weer zonnig. We za
ten een stuk noordelijker, niet zo ver van de Bass
Rock met zijn beroemde Jan van Genten-kolonie.
In
zoute biotoop. Een kolonie visdiefjes "starret
jes",in een weiland richting boerderij Kanaan,
kan ik me herinneren. Kokmeeuwen kwamen
gek genoeg niet meer terug, wel een enkele
strandplevier.
stonden de vogels vaak een
poos op de oever te rusten alvorens verder te foerageren
of te vertrekken in de richting van de kolonie op Voorne.
Meestal betrof het adulte exemplaren, maar regelmatig
werden ook
Kleine Jager 25-04-'00,1 ex., donkere fase, achter sterns
bij kolonie,Hompelvoet
Aanvankelijk broedden Dwergsterns vooral op
de Plaat van de Vliet, later op de Noordplaat en
de laatste twee jaar herbergt de Krammersche Slik
ken Archipel een forse kolonie. In 1992 broedden
in het
In het algemeen zijn de vermelde aantallen gebaseerd
op tellingen van nesten, bij plevieren ook op waarnemin
gen van vogels met jongen. Dubbeltellingen van kolonie
vogels die na het mislukken van
het laatst gezien. Wanneer we er van
uit gaan dat deze vogel niet het in 1999 verdwenen,
twee weken oude, jong uit de gemengde kolonie van
Chileense, Caribische en (Grote) Flamingo's in het
Duitse
28 bewoonde nesten aangetroffen. Er werden in
1995 nog maar 2 kolonies gevonden (een kolonie is
mogen assisteren bij het telwerk in de Grote Stern kolonie in de
Grevelingen. Het groepje tellers dat door één van de vaste Hompelvoetbewakers in het
haventje wordt opgehaald, bestaat altijd uit ongeveer
Na de pauze: gedragsonderzoek in een gemengde Meeuwen
kolonie. iijy J j
Zaal: Huis van Nassau te Zierikzee. fyyi)
op de grootste Noorse kolonie op het eiland Hjelm-
söy werden in 1964 110.000 paren, in 1986 5000
paren en in 1987 nog slechts 3 paren geteld (Camp-
huysen, 1988).
hetzelfde jaar een grote kolonie oeverzwaluwwen zich in het gronddepot vestigen en tot broeden
komen. Er werden in 1999 honderden broedparen geteld door leden van de Vereniging voor Natuur
en