| Archief | pagina 69
Fig. 18. Aardewerk Duivendijke en Tholen-Ceresweg (resp. vindplaats 17 en 18).
Fig. 18. Aardewerk Duivendijke en Tholen-Ceresweg (resp. vindplaats 17 en 18).
Uit J. H. Hubregtse. De vluchtberg te Duivendijke Schouwen
een artikel over de vliedberg van Duivendijke bij Brouwershaven.21 ... 21 J.A. Hubregtse, De vluchtberg te Duivendijke (Schouwen). In: Oudheidkundige Mededeelingen uit 's Rijksmuseum van Oudheden te Leiden, 10, 1929, 61-70.
Afb. 10. Plattegrond van de v.m. stolp „de Kevie" te Duivendijke. ... „Kevie" te Duivendijke gesloopt is, zijn er nog slechts twee stolpen over, beide in de buurtschap Moriaanshoofd, één aan de Arkelweg en één aan de Verse- putsweg.
16. Duivendijke. ... 17. Duivendijke.
Jhr. J. A. van der Heim van Duivendijke c. a.Rid der N. L.Griffier der Staten van Zeeland. 1827.
1922 de vliedberg van Duivendijke bezocht, determineerde de gevonden scherf als 'zeer zeldzame laat-Romeinsche groengeglazuurde waar'25. Het betreft echter een fragmentje van 'spaarzaam geglazuurd ... 25. J.A.Hubregtse, 'De vluchtberg te Duivendijke', in: OMROL, N.R. 10, 1929, 68-69.
Nog meer oostelijkdoch aan de westzijde van de Brouwers- ha vensche vaart naar Zierikzee, die wellicht eens de grens is geweest tusschen de eerstgenoemde stad en Duivendijke, ligt de oude ... ware de voorlooper van Brouwershaven is geweest, maar de moeder is door de dochter overvleugeld. Thans is het als gemeente samengesmolten met Duivendijke. Het dorp is nu een klein gehuchtmaar er is een
De oudste, iets vroeger dan het meerendeel opgericht en tevens de grootste, zijn die van Duivendijke, Westkerke bij Scherpenisse, bij Biggekerke, Coudorpe (Z.B.) en wellicht nog andere, die ... 1) Oudheidk. Meded. uit R. M. v. O. N. R. X., Hubregtse. De Vlucht berg te Duivendijke.
Ten oosten van de Helcherséetussc'nen dezen stroom en het Snnnemeervond men het derde zesde deel, of het Ambacht van Brijdorpeten Z. door de Duvenêe beperkt, langs welke Duivendijke opkwamen waar van ... men in de moeren van Schouwen en in de vaart naar Brouwershaven de overblijfselen ziet. Vóór 1329 had Duivendijke reeds eene zeer wel begiftigde kerk (Mieris, II. 234). Bij dit deel werd in 1285
nen, zoals het mysterieuze Oud-Duivendijke met zijn merkwaardige begraaf-
Duivendijke
boerenbevolking? En hoe zelfbewust toont Dana Viergever, weduwe van de burgemeester van Duivendijke, zich als zij in 1858 wordt vereeuwigd? Het portret, waarvoor zij zich heeft getooid met een dure kanten muts
Duivendijke
heerlijkheden Duivendijke en Brijdorpe aan en tooide zich vervolgens met de toevoeging Van Duivendijke' achter zijn naam.""' Het moet Van der Heim uitsluitend om de titel te doen zijn geweest, want de dor pen in
4. J.A. Hubregtse. 'De vluchtberg te Duivendijke (Schouwen)', in: OMROL 1929, Nieuwe Reeks 10.61-70.
Duivendijke voert duiven in zijn wapendit is weder het
b. Op Schouwen liggen onder Kcrkwervereeds in de 3°. eeuw genoemd, nog twee bergen, de een 8, de ander 10 elhoog. Een derde lag op eenigen afstand, doch is geslecht.' Ten N. W. van Duivendijke vindt
liet vierde zesde deel lag ten Z. der Dttvenêe en was dat van Kerkwervehetgeen wij in de VII Iste eeuw, onder den naam van Villa Maudacus aantroffen (zie aanteek. 11). Hiertoe behoorden Duivendijke
In October 1922 werd de steenenkamer bezocht door Dr. Van Giffen uit Groningen, na diens onderzoekingen in zake de afgra ving van den vliedberg te Duivendijke op Schouwen. Dit bezoek, dat vooral de
De Duif te Looperscapelle (Duivendijke) gesticht in 1867.
De pogingen, door het bestuur aangewend, om op de Staats- begrooting gelden uitgetrokken te krijgen voor het wetenschappelijk onderzoek van den vluchtberg onder Duivendijke, faalden. Daar de kans op
voorwerpen uit den vluchtberg te Duivendijke op Schouwen, een Romeinsche kruikhals, ge vonden op Zuid-Beveland en geschonken door den heer G. D. van Oosten te Yerseke en een Romeinsche scherf en dito kruikhals
Mr, G. J. Sprenger te Utrecht ontving op zijn verzoek eene reproductie van een portret van Mr. J. A. ridder Van den Heim van Duivendijke.
3) J. H. Hubregtse, De vluchtberg te Duivendijke (Schouwen) (Oudh. Med. Leiden, Nieuwe reeks X1. 1929, 61 v.v.).
In het bijzonder zijn deze gevonden te Duivendijke (Sch.) en op een paar plaatsen in Walcheren, en wel boven en in het veen. zoodat deze bewoning in post-Rom. tijd hiermede vaststaat voor de groote
Tusschen Vrouwenpolder en Serooskerke (W.) zijn nu Germ, en Laat-Germ. scherven op en in het veen gevonden dezelfde kenden wij reeds uit den veenachtigen voet van dei) Vluchtberg te Duivendijke. Ook
den vluchtberg te Duivendijke (Schouwen no. 16) zijn Romeinsche scherven gevonden. (Zie A. E. van Giffen in 7e en 8e Jaarverslag v. d. Ver. voor Terpenonderzoek p. 48 en ver- zameling-Hubregtse). De
Er is een institutie van Daniel Henrici tot een vicarie aan het altaar van O.L. Vrouw in de kerk van Duivendijke op 4 October 1532. In een rekening van 1541/1542 wordt meegedeeld, dat Daniel Henrici
wellicht Duivesherg van den naam Duive, zooals in Duivendijke, Duiveland enz
c. het Zuider-vierendeel (waarin lagen KerkwerveRengers- kerkeNieuwerkerkDuivendijke en het grootste deel van het voormalig Zuidlanden
Afb. 12. De vluchtberg bij Duivendijke. OMROL N.R. 10. 1929, afb. 39).
licht beige-grijs; de binnenzijde is grijs. Ver gelijkbare stukken zijn bekend uit Duivendijke.
Bij deze opgraving is wederom, evenals in 1926 te Ritthem, in 1922 te Duivendijke en in 1948 te Klaaskinderenkerke gebleken, dat de onaanzienlijke resten van grotendeels afge graven bergjes nog
Bij de omschakeling van weide- op gemengd bedrijf in het laatste kwart van de vorige eeuw is een enkele stolp verbouwd, zoals die van de familie Van der Wekken aan de Hekelweg te Duivendijke. welke
en beweerden, dat ze daar vrij waren van boetes voor overtredingen, op de dijk door hen be gaan, leidden er toe dat in 1461 Philips de Goede 36 gemeten land van het ambacht Duivendijke en 14 gemeten
het ambacht Duivendijke. Volgens
Duivendijke I 7, 23
a) Duivendijke (fig. 18); 42F052.20/415.25.
bevolking van den duinrand van Schouwen, die blijkens de in den vluchtberg onder Duivendijke aangetroffen voorwerpen, ook meer landwaarts zal hebben gewoond. Met behulp van de vondsten kunnen wij de armelijke
intusschen iets meer ingewikkeld geworden, doordat de heer Hubregtse in het najaar van 1919 aandrong op een wetenschappelijk onderzoek van een vluchtberg onder Duivendijke, welken de eigenaar was begonnen af
2) Zie Hubregtse, De vluchtberg te Duivendijke, a.w., 67.
leent met name voor de meestoot de Zeeuw te Burgh, de Schouwen bij Serooskerke, de Duif te Loopers Capelle (gem. Duivendijke), de Landbouw te Zonnemaire en de Nijverheid te Capelle (gem. Nieuwerkerk).
In de zomer van 1777 was Verheye te gast op kasteel IJsselstein. Dit werd be woond door Joachim Ferdinand de Beaufort, heer van Duivendijke en drossaard van de stad en baronie IJsselstein. en zijn
Duivendijke; het vormde een eerste aanwijzing dat ook het uitgestrekte veengebied ver ten oosten van de Oude Dui nen in de Romeinse tijd bewoonbaar was. Een scherfje van groengeel geglazuurd aardewerk
Hubregtse, J.A. 'De vluchtberg te Duivendijke (Schouwen)'. OMROL N.R. 10 (1929) 61-70.
Duivendijke, a. 1280 cop. Duvendike OBHZ De Fremery 209). Weliswaar is Duif 'duif' nu als mansnaam bekend maar het lijkt mij de vraag of deze ook in de middeleeuwse bronnen is overgeleverd (Van der
Duvenee, verdwenen dorp bij Zuid-Beveland, a. 1248 cop. Duuene OBHZ Kruisheer II, 756): PN Duvin, zie Duivendijke.
Nieuwesluis in de gemeente Breskens in 1861 openbaar, dat van Duivendijke in de gemeente Brouwershaven in 1863. Het jaar daarna nam de gemeente Biervliet het schooltje van Driewegen over. In 1871 en 1872
Op Schouwen en Duiveland bezaten Zierikzee en de kleine stad Brouwershaven heerlij kheden. In Brijdorpe, Looperskapelle, Klaaskinderkerke en Duivendijke hadden beide steden een aandeel. Deze