Vlissingen, eertijds een vissersdorp,
thans bekend als Oud-Vlissingen, lag
ten noordwesten van het heden
daagse stadscentrum, „waar heer
Wisse van Koudekerke een
„steenhuis" deed bouwen, dat hij in
1 ... 264 aan gravin Aleidis opdroeg"
- de Kasteelstraat bewaart daaraan
de herinnering -. De dorpskerk van
Oud-Vlissingen zou gestaan hebben
in de buurt van de huidige
watertoren, waar ook de voormalige
H. P. Winkelman: Geschiedkundige
plaatsbeschrijving van Vlissingen, 1873.
P. K. Domisse: De ambachtsheerlijkheid van Oud-
Vlissingen en de wording van Nieuw-Vlissingen;
Middelburg, 1910.
Aan de westzijde werd gelijk met de
bouw van de kerk, de toren gebouwd,
waarvoor materialen, afkomstig van
de kerk van Oud-Vlissingen, gebruikt
zouden zijn.
bal
juw in Arnemuiden, die ze op zijn beurt
weggenomen had van de kerkmeesters.
De vernielingen in de kerken van
Koudekerke, Biggekerke, Zoutelande,
Oud-Vlissingen en West-Souburg moeten
waarschijnlijk
Toen de opdracht eenmaal verstrekt was,
heeft glazenier Van der Valk een periode
in Hoek doorgebracht. Hij had een
onderkomen in Oud Vlissingen en heeft
ruim de tijd genomen om zowel dorp en
polders
De oudste kerk van Vlissingen werd
in het begin van de 14e eeuw 1 308-
1328) gebouwd nadat de parochie
Nieuw-Vlissingen was gescheiden van
wat men later Oud-Vlissingen pleegde
te noemen.
9. P.K. Dommisse, 'De ambachtsheerlijkheid
van Oud-Vlissingen en de wording van Nieuw-
Vlissingen' In: Archie/ (1910), p. 173.