Slot Oostende in Goes
W4UT
Spannende verhalen doen de ronde over Slot Oostende, het oudste gebouw van Goes. Hier zou
Jacoba van Beieren hebben gewoond en men zegt dat er zelfs een geheime gang voor haar zou zijn.
Na lang schuil te zijn gegaan achter een bioscoop en restaurant werd de historische plek vanaf 2011
blootgelegd. Binnenkort begint Slot Oostende aan een nieuw bestaan als stadsbrouwerij, winkel en
horecage@egenheid.
Singelstraat met Slot Oostende, 1819. Aquarel door A. Brandt (bron: Historisch Museum De Bevelanden).
Geschiedenis van het kasteel
Toen de heren Van Borsele in de dertiende eeuw in Goes
aan de macht kwamen, was er bij de huidige
Wijngaardstraat en Singelstraat al een motte: een kasteel-
berg waarop een houten toren stond. Die was aangelegd
in opdracht van de vroegere machthebbers, de heren
Van Schenge. De heren Van Borsele hadden in Borssele al
een stenen kasteel en lieten zo'n kasteeltoren ook in Goes
bouwen. Het kasteel, dat Torenburg werd genoemd, had
een kelder met gewelven, met daarboven een grote zaal.
Daar weer boven lagen de woonvertrekken. Om het terrein
liep een gracht.
Een halve eeuw waren de heren Van Borsele in Goes aan
de macht. In die tijd raakten ze verwikkeld in de strijd om
Zeeland tussen de graven van Holland en Vlaanderen.
Rond 1300 laaide die op. Floris van Borsele koos de kant
van de graaf van Vlaanderen en moest vluchten toen de
Hollandse troepen aan de winnende hand raakten. Floris'
kasteeltoren in Goes verviel aan de graaf van Holland. Deze
Jan van Avesnes woonde zelf op meer prestigieuze plekken
en liet zijn bezittingen in Goes aan de lokale gezagsdragers.
Het bestuur van Goes - op dat moment nog zonder
stadsrechten - liet in de deels gedempte gracht een
toren bouwen. Deze toren werd Klokhuis genoemd.
Keldergewelven van het slot in november 2016 (foto Charles Linssen).
In de vijftiende eeuw fungeerde het Goese kasteel als
baljuwshuis. Eerst was het eigendom van baljuw Wolfert
van de Maalstede, daarna van diens opvolger, David van
Baarsdorp. Eind vijftiende eeuw betrok Jan van Oostende
het kasteelcomplex. Naar hem is het slot ook genoemd.
Jan van Oostende gaf opdracht om op het terrein
meerdere gebouwen op te trekken en liet huizen bouwen
op een deel van de voormalige gracht - nu de Sint
Adriaanstraat. Ook kreeg het slot een torentje met een
uivormige spits. Na de dood van Jans dochter kwam het
slot in handen van de adellijke familie Van de Weerde.
Kort nadat Maarten van de Weerde in 1577 eigenaar was
geworden, bood hij er onderdak aan nonnen uit het
victorinnenklooster Jeruzalem bij Biezelinge, die op
de vlucht waren voor de reformatie.
Ook de latere kasteeleigenaren, die katholiek waren,
beschermden hun geloofsgenoten. Het was katholieken
destijds verboden om hun religie in het openbaar te
belijden. De katholieken hadden een schuilkerk vlakbij
het slot, in het gebouw van de latere koorschool aan de
Singelstraat. Nazaten van Geertruid Oostdijck, wiens vader
het slot in 1635 had gekocht, en haar echtgenoot Adriaen
van der Goes steunden de rooms-katholieke parochie op
verschillende manieren.
Zeeuws Erfgoed 1 7 december 2016 04