m
A- In zyn Natuurlyke grootte.
S. Vergrootdoch alleen het boven-en on
derend van het Diertje waarin zich ver-
toonen, de Kop met zyn vier Oogen en
veele Sprieten en Kieuw-geftel ,zoo mede
een gedeelte van het Lichaam, deszelfs
geleedingen en Vinnen of borftéls,
daar buiten in het Zee-Water brengende,
tot bekomen van zyn voedfe
Men ziet den Schulp van achter op het
Scharnier, by de aaneenbegtingverder
aan het onderend een kleinen (mallen
voet. en aan den Snuit twee openingen,
ten duidelyken blyke van een dubbele buis
op dezelve wys als by de Steen-Pholade
alleen zyn dezelve by dit voorwerp niet
verfchillend in grootte, maar genoegzaam
van dezelve wydte.
HG. II. Is de afbeelding van een Zee-duizend
been, Nereis Pelagica,van welke'er veelen
zich onthouden op de Stecncn waarin
de Steen-Mosfcls zich bevinden.
EIG. III. Vertoont een Zee-Rups of Pisfehedwel
ke mede op gemelde Stcenen zich ont-
hieldt.
A. In zyn Natuurlyke grootte.
B. Het boven en benedenfte deel ver
groot waarin men ziet den Kop met zyn
Sprieten, een gedeelte van het Lichaam
met zyn Pooten en Vinnen.
EIG. IV. Vertoont een Zee-duizendbeen of Nereide
door my genoemd de Rood glinsterende Ne~
reide
J^. In zyn Natuurlyke grootte.
a. De