Doch wel ingezien zijndeis de taal,
200 zeer geen Oud Malabaarschals wel
een mengfel van drieder lei taaien, als
het malabaarsch, tamoels, en tu
len gen s (2o); zijnde de taal, die de
Li 5 Ma.
JOODEN TE COCHIM. 53£
§- 5-
(20) malabaarsch tamoelscii en tulen-
gens. 'cZoude mogelijk van eenignut konnen zijn,
voor 't Genootfchapdat onder 'c oog der Haarlem'
fche Maatfchappijtoelegt, op 't uitdenken der Midde
len ter uitbreiding van het Christendom in de Neder-
landfcbe Volkplantingen hier, ter herinneringaan te te
kenen; Dat de malabaarsche taal welggftbikt is
om naar de orde der fpraakkundige regelen te konnen
worden behandeld. Volgens MillarHist, van de
voortplanting van den Christel)ken GodsdienstII. D. bi.
671. De Proeven van Philip. Baldaeusin zijne Be-
fchr. van Malabarp. 190-198 zijn bekend"; waar
van ook Beland, Vis/ert. T. III. Disf. XI. 6. p.
86—89 zich heeft bediend. De Deenfche Zendelingen
hebben in die taaie groots vorderingen gemaakt; En
de Congregatie de propaganda fidete Romenheeft op
haare drukkerijreeds versheide Letterkostenzoo
in de Malabaarjche al andere taaiere Oosterjcbe taaiendie
tans noch in gebruik zijn uitgegeeven; wantbe-
halven het Alphabetum Tibetanum, 1762. van August.
Ant. Georgius(waar van verOag is in 't Journal
des Scavans Jan. 1766. p. 121—i2ó 't geen tot een
kort begrip gebragt1773 te Romen is gedrukt in
8? met den titel van Alphabetum Tangutavum five
Tibetanum, zijnde de taal van't Ilijk Tan gut of Tibet,
gelegen tusfehen China, Bengalen, en de Landen van
den Mogol; zoo is ook aldaar gedrukt in 1771. in
8? 't Alphabetum Brammhanicum feu Indostanum uni
versalis Kaft, wordende toen fpoedig beloofd, het