52 T. SPELEVELD, OVER DE OPSLIK KINO monden Uit het geen XIX &c. is bijge- bragtblijktdat de verzanding voor Ram- mekens en zelfs tot aan de punt der Zuidva- iering geftadig toeneemten dat de Kaloot al meer en meer de kust van Wakkeren na dert. Zoo deze verzanding aanhoudt zal dan de Zuidelijke ingang van het Kanaal door den tijd niet verftopt worden zal dan de Spuilluis aldaar nier nutteloos worden wanneer de zware Schepen de hoofden niet meer kunnen naderen fchoon 'er thans nog eene redelijke diepte voor Rammekens is toont echter alles niet aan dat het gevaar met groote fchreden nadert Is het zelfde niet voor den Noordelijken mond te vreezen men herinnere zich nog maals de waarnemingen der voorgaande Af- deeling de groote onevenredigheid der diep te voor Arnemuiden en tegen over de geul der Zuidvlietde fteeds toenemende verzan ding van het Schengen en oordeele. Niet aangezet door eene fchuldige IJdelheid welke Hechts in ontwerpen tracht te fcliitte- ren die altoos zoo gemaklijk op het papier te vormen zijn en dikwijls meer eer aan het vernuft dan aan het oordeel van den Maker doen alleen bezield met de zucht om we- zentliik van nut te zijn deel ik met dezelf- de

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1818 | | pagina 144