5 III.
Si J. h. lqtze en h. w. t1jdeman,
Apollonïbs zucht tothet opziens verwek
kende en veel geruchts makende zette hem aan,
om alles aan zijn oogmerk dienstbaar te ma
ken wat maar onder zijn bereik was-. Van
hrer zeker dat uiterlijk vertoon van eene
ftrenge levenswijs, zijn linnen rok, zijn lang
durig verblijf in den tempel van aeskulapi-
vs en zijn ftreng Pijthagorisck ftilzwijgen
gedurende den tijd van vijf jaren in welken
tijd hij alleen door {eekenen en gebaarden fprak
Het kan niet misfen, of dat alles moest
hem by het gros van het volk groot aan
zien geven en naar mate dat hij in dit
zijn doel gelukkiger daagdenaar diezelfde
mate moest hy aanhoudender gebruik maken
van alles dat aan zijne eerzucht voedfel gaf.
Dat vond hij ook in den tempel van a e s-
kulapius; daar verfcheengelijk men voor
gaf de Godheid in den droomen deelde ha
ren raad mede en daar hadden de Wijs
geren des nachts met haar verkeering
Apollosius, en wat was natuurlijker bij
zijne ftemming tot dweperijwelke men mede
voor een der grondtrekken van zijn karakter
fchijnt
I> bi l o s t rat us Lib. I. C. 14. 15.
(b~) PhslosrtutHSf 'de Vitis SotL ijl arum 3 Lib. If. pag.
568 j edit. O lean:.