SP4 J. B. LOTZS I» H. W. TljDESrAN,
door porphijriüs(«). deels door jam-
SLicHBS fü)in welken, wat de hoofd
zaak betreft het zelfde van dien beroemden
Wijsgeer is te boek gefiagen dat te vo
ren door heraclides en hermippus is
berigt geworden (j>). Sommigen hebben ge
twijfeld, of de gezegde fragmenten wel afkom-
llig zijn van apollgnius van Tij ana., en
of ze niet veeleer behoorden aan eenen ande
ren, het zij aan apollonius den Wijsgeer
of aan apqllonius den Redenaar, die bei
den tegen het einde van de tweede eeuw heb
ben geleefd maar meiners q\ heeft be
wezen dat ze werkelijk herkomftig zijn van
den Tijatteër. Of hij intusfchen het Pijthago-
reisch ftelfel alleen heeft aangen«nen gehad,
dan of hij in het een en ander ftuk daarvan
is afgeweken en zich gevoegd hefahe bij he-
raclides die tot de Semi - Ptjthagorei
behoorde, zoo als brock er beweert (r),
laten wij aan de' beflisfing van anderen over.
Pit alléén willen wij nog aanmerken dat
ons
O) Lit», i. cap. a,
Co} Sect. i. 30. 254.•^•264.
CpMe in er 5. l c. p. 246,
C qGefch. d. urfpr. fortg. und verf. der Wisfcnfch. in Grieken
land and Rojn» B. f» asp—242.
rSrvcker Hifi. Crit. Pbilos. T. 2. p. I52«—154.