18 OVER DE HOEKSCHE wEike Heer ,3e Qom van Willem IV. en Margaret a Jan vail s Bianmut Heer Jan van BeaumontHeer van Gouda, gemaakt tad, op de Schoonhoven enz. wijlen- Willem's naaste man- opvolging J ne^J^e bloedverwant, op de erfopvolging dezer landen gemaakt zou hebben, die door velen onderfteund zou zijn, terwijl de meesten zich voor Mcirgareta verklaardenwier tegenpartij nogtans, zich naderhand, in de twisten tusfehen Mcirgareta en haar Zoon Willem bijeen-, en bij Willem gevoegd zou hebben 'tjDoch men vindt van die begeerte van Heer Jan wel ccnigfchoon flaauw bewijs (tijmaar geen bc- CO Dit wordt flellig voorgedragen iff gefchreven' akademifche voorlezingen {dictaten'), die toegefchre- ven worden aan wijlen den beroemden Hoogleeraar Weiss, over O 11 o 's Not it* RerumpubtC;ip. 6; 26. n. 8; en ik heb hierom gemeend, het niet geheel te mogen voorbijgaan, fchoon het, zoo vee! ik wete, op geenen grond rust. z. Wagen. Nad. HistIiL D. bl. 2.66. [Maar op dit gefchreveue is door de Commisffe van 't Zeeuwsch Genootfchap het volgende aangemerkt: Ook zelfs geen flaauw bewijs van Heer Jan's be- geerte naar het Graaffehap dezer Landen kan men „vinden. Onze treffelijke Wagenaar zegt, 'tis waar: Men leest dat hij (Jan van Beaumont) de Grafelijke regering van Henegouwen aanvaard heeft y, en 't is ïe vermoedendat hij zich ook het bewind p, oyer Holland en Zeeland zal hebben aangematigd fchoon

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1818 | | pagina 340