78 Övun DE HOEKS (SHE
weerleggende 'bthëbbéh van loon, In-
singa en kluit eene geheel andere Helling
nopens het waar eri dóórgaand verfchilpunt der
partijen; welke door ids in ga [budus uit
gedrukt isDat de grond der verfehrikkcUj--
ke verwijderingen der H. en K. geen andere
geweest is, dan, cf de Vróuwen van regts-
wege in de landen opvolgen konden, of niet,
't welk de eerde ftaande hielden, en door
K de andere ontkend wierd:"
Dit echter, dus algemeen riltgedriikt, kon
gebragt worden tot het geen reeds wace-
Na ar, Overigens door den algameenen ftroom
snede weggefleep't, iri éênen adem zamenpaart
(bv~) met het oud gevoelen, door ids in ga
verworpen en weerlegd; over welk gezegde
dér Kabelj. dat ze niet vervrouwd wilden
wezen," wij boven reeds iets zeiden (4.
32-)>
ondcrfcheidene partijen In dezelve, is, naar mijne
denkbeelden, en het boven betoogde en weerlegde,
geen grondvan menschkmidigen zamenhang te vin
den ju 't gedrag en den invloed van liet huis van
13 r e d e r o d eben ik zelf niet vreemdz. bov. 3.
bi. 65. en berieden, 53.
(br) Idsing. t. aang. pi, bl. 162—4. Kluit,
Confpect. 1. mox laud.
(fa) Staatsr. 1. i). bi. 430.
<?v) Teger.yt. Sr. v. HotU I. D, bi, 54, 55, rtrgt/;
t>l- 55, 5&