52
v 0 r berigt.
De derde Prijsvraag te beantwoorden vóór
den i. van Louwmaand 1807. was deze
LXX. Daar de Scharlakenkoorts of het Roodvonk
(Febris Scarlatina sen Rubeola) volgens s ij-
denham naauwlijks den naam cencr ziekte ver
dient en ook door boer ha vu en andere
voornameGeneesheeren voor eene ziekte van zeer
weinig belang gehouden is; welke is de reden
dat deze thans hier en elders somwijlen niet zoo
zachtja zelfsniet zelden zoo kwaadaartig
hcerscheude isdat er zeer velen door omko
men of aan de gevolgen van Waterzucht of
verharde Oorklieren langdurig kwijnende blijven
Hangt dit alleen af van eene tusschenkomst of
vermenging (Complicatie) met eene bijzondere
Epidemische gesteldheid, of met eenige andere
ziekte? Is het niet veeleer te denken, dat deze
ziekte niet dezelfde, maar van eenen boozeren
aart zijen dus eenen anderen naam verdiene
Zal men ze dan met tissot, die ze in hare
verschijnselen en gevolgen vrij naauwkeurig be
schrijftKeel - ontstekingen CZvvxw) noemen?
Doch noemt men dan niet maar alleen het toeval
(Symptoms) waarmede zij gewoonlijk aanvalt
en vergezeld gaaten niet de ziekte zelve Zai
men haar dan liever met schuim eene kwaad
aardige Purperkoorts febris purpurea maligne)
noemen of welke benaming zai men haar liefst
geven?Door welke kenmerken en verschijnse
len wordt zij duidelijk onderscheiden van andere
Koortsen met uitslag Hoedanig eene genees-
wij-