14 J- CANTZLAAR OVER EEN
VOORD'EELEN VAN DEZEN THERMO.
METER.
aDat groote graden bij weerkundige
werktuigen altijd begeerd zijnbewijzen zoo
vele verfchillende foorten van Barometers als
zijn uitgedacht, om de kleine verandering van
fiechts 3 duimen binnen welke de geheele
beweging van den eenvoudigen kwik-Baro
meter bepaald is eene grootere uitgeftrekt-
heid te geven. Daar nu de graden van de
zen Thermometer ruim 5 duim groot zijn
is dit dan een aanzienlijk voordeelwaardoor
de mindere veranderingen des te duidelijker
kunnen worden waargenomen.
Men kan zelfs deze graden nog grooter
snaken wanneer men de kwikbuis achter de
plank, en de fpiritus-pijp vóór dezelve plaatst,
deze is dan alleen zichtbaar, en men behoeft
ze nu om de regelmatigheid te bewaren
niet evenlang te maken als de anderezij
kan nu aanmerkelijk langer zijn mits men
den inhoud des luchts - cijlinders of van den
bol in evenredigheid vergrootezoo dat deze
altijd vijfmalen grooter zijdan die der pijp.
Het zamenftel wordt hier door ook fmaller,
en meer gefchikt 0111 buiten aan een venfler-
fltjl -te worden vastgemaakt. ZieFig. 2 en 3.