B IJ L A G E N. I. DE 114. GEMETEN VAN DEN* ABT VAN MIDDELBURG. In eene akte J), waarin Eloris V twee hevena's lands, ge legen in het. ambacht Oostkapelle, verkoopt aan de abdij van Middelburg, wordt tevens gesproken van nog ander land, dat Kluit aldus aanduidt//ceterum de hevina terre et diet dia (haec lacera legi non poterant)". Van den Bergh 2) leest //et dicta warandia". Vergelijkt men hiermede eene andere akte s), dan ziet men, dat de omschrijving van den vrijdom daaruit bijna letterlijk is overgenomen en dat men ook hier te lezen heeft //et dimi- dia". Van het Cartulariim der Abdij 4) is te dier plaatse een hoek verloren gegaan, waar hoogstens vijf of zes letters tusschen //et" en //dia" hebben kunnen plaats vinden. Dit strijdt met de letters //dicta waran" bij Van den Bergh en strookt met de letters //dimi", naar onze voorstelling. Aan het slot van n" 257 wordt die //hevina et dimidia" dan ook nauw keurig herhaald. Deze l1/, heven en lands zijn ook niet in Westsouburg ge legen, zooals Van den Bergh in zijn opschrift van n° 454 ons mededeelt, maar liggen in de //Vijf ambachten" en in het ambacht van Brigdamme. De zaak is deze: De graven Philips van Vlaanderen (11681191) en Eloris III van Holland Kluit n:> 271. bl. 795, dd. 29 Augustus 1273. 2) Oorkonden6. II, n' 257 dd. 29 Augustus 1273. 3) Oorlcondenb. I, n'> 454 dd. Maart 1243. 4) Arch. O. L. Vr. A. luv. nf' 33, Reg. no- 63 dd. 29 Augustus 1273.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1904 | | pagina 200