XII
De collectie porselein en aardewerk werd door Mevrouw
K. A. Adama Zijlstra, geb. van Overstraeten Kruijsse te IJzen-
dijke verrijkt met een zeer fraaien theepot (Worcester of zooge
naamd halve-maantjes goed), welke ontbrak aan het op de ouder-
wetsche kamer aanwezige theeservies en thans daarbij eene plaats
gevonden heeft.
Het kabinet van ethnographische voorwerpen onder
ging geene verandering.
Wat de zoölogische af deeling betreft, moet het vol
gende worden vermeld. Evenals in het vorige jaar werd door den
Conservator de verzameling met een aantal lagere diersoorten uit
de Oosterschelde vermeerderd, die hem op zijne woonplaats, Ter-
seke, nu en dan werden aangebracht. Daaronder behooren in de
eerste plaats: een zestal fraaie exemplaren, met de dieren er in,
van Petricola pholadiformis Lam., een schelpdier dat de merk
waardigheid vertoont van eerst sedert een twintigtal jaren aan de
kusten van Europa voor te komen. Deze Petricola bewoont
namelijk oorspronkelijk de Oostkust van de Vereenigde Staten.
Vóór twintig jaren werd de soort voor het eerst waargenomen
aan de kusten van Engeland, eenigen tijd later aan de kust van
België, vervolgens ook aan die van Holland en Sleeswijk. Zij
werd ook reeds aangetroffen aan de westkust van Schouwenmaar
uit het oostelijk deel der Oosterschelde was dit schelpdier tot
dusverre nog onbekend.
Vervolgens enkele exemplaren van de fraaie, groote Neren
virens L., een borstelworm die in de Oosterschelde niet zeldzaam
blijkt te zijn: dan een zeer jong exemplaar van den gewonen
Zeekreeft, alsmede een exemplaar van Nephrops norvegicus L. uit
de Voordzee, eene soort van kreeften, die in Zeeland niet
voorkomt, maar te Oostende op de markt wordt aangebracht.
In .November 1912 werd door den concierge Schoolmeester een
glazen kastje of stolp vervaardigd en daaronder op een ijzeren
standaard het Cranium osteoscleroticum geplaatst dat tot dusverre
in de Steenen kamer was tentoongesteld; het kastje staat op
een nieuw aangeschaft tafeltje van geschilderd eikenhout, zoodat