97
[Adres
Clarissimo viro D. Pran-
oisco Rapiielengio publico
Hebraeae linguae in Leydensi
Academia Professori,
Leydam.
II.
De brief is gericht aan Abraham van dee Mijlen, geboren
te 'sHeerenberg 13 Februari 1563, die in 1583 gestudeerd had
aan de Gentsche hoogeschool en sinds 1589 predikant was te
Vlissingen, tot hij daar in 1608 wegens Armianisme is ontslagen.
Na nog 161419 predikant te Papendrecht te zijn geweest,
vestigde hij zich metterwoon te Dordrecht. Ook hij behoorde tot
de predikanten, die zich interesseerden voor de exacte weten
schappen: men vermeldt hem als schrijver van een werk De ori
gine animalmm, waarin gehandeld wordt over voortteeling van
alen en palingen en nog op 77-jarigen leeftijd deelde hij Geraed
Vossius zijne bezwaren mede tegen het stelsel van Copeenicus,
welke de Amsterdamsche hoogleeraar bij schrijven van 31 Januari
1635 2) overbracht aan zijn collega Hortensius, die ze beant
woordde in een nog ter Leidsehe universiteitsbibliotheek aanwezig
stuk 3). Wat den in onderstaanden brief genoemden Scaliger
(15401609, hoogleeraar te Leiden sinds 1593) betreft, de ge
leerde, maar met wiskunde niet op de hoogte zijnde schrijver had
zijne in Juni 1594 uitgegevene Gyclometrica elementa cluo (Lugd.
Bat. 1594) doen volgen door een met voorrede van 23 Nov.
1594 gedagteekend Appendix ad cyclometrica sua, waarin hij bij
zijne gevondene, maar slechts tot in den eersten decimaal juiste
1581) met een Pars altera: in theoricas planetarum et in sphaeram Joh. de Sacro-
boscoinsgelijks in 1581 te Lyon gedrukt en te zamen een destijds zeer gezocht
werk, waariu men o. a. de horoscoop van Luthër vindt. Over Lansbergen's
astrologische neigingen zie ook den volgenden brief.
1) Morhop, Polyhist. I lib. IV pag. 738; II lib. II pag. 395.
2) G. J. Vossii et clarorum virorum ad eurn epp. (Aug. Vind. 1691) pag. 309.
3) Zie ook over Van der Mylen o. a. Schotel, Dordrecht (1858) blz. 4147.
Archief 1915 7
