115 Bekkeu, „De betoverde Weereld," waarin de schrijver den strijd aanbond niet met de heksen maar met de rechters. Gelukkig was de predikant van Hoek een verlicht en redelijk man, die zich op de bres stelde voor de bedreigde vrouwen en op -31 Mei, vergezeld van gedeputeerden uit den kerkeraad, in de vergadering verscheen van het gezamenlijk gerecht van Axel en Terneuzen, om maatregelen tegen de lasterlijke praatjes voor te bereiden. De juiste inhoud van hun mondeling gedaan verzoek en het ge lijktijdig aangeboden request is niet bekend maar het lijdt geen twijfel, dat voor de vrouwen gevraagd is zich voor het gerecht ter purge te mogen stellen, want dit was het aangewezen middel om den boozen achterklap te bezweren. Wie bij geruchte van misdrijf beticht werd en de niet geringe onaangenaamheden van een crimineel proces wilde voorkomen, kon zich in Staats- Vlaanderen wenden tot het Hof van Vlaanderen of tot den lageren bevoegden rechter met verzoek om bij twee dagvaardingen ter plaatse, waar de betichte woonde of waar het misdrijf gepleegd zou zijnte doen oproepen den publieken aanklager en allendie als getuigen zouden willen optreden, en zoo er niemand verscheen, hem onschuldig te verklaren aan het misdrijf en een eeuwig stil zwijgen te gelasten aan allen, die niet waren opgekomen. Zonder twijfel is deze instelling aan het gerecht van Axel en Terneuzen bekend geweest doch even zeker heeft dat college weinig of geen ervaring gehad in de toepassing daarvan, want noch vóór, noch na 1674 heeft zich iemand in een der beide plaatsen ter purge gesteld; althans leverde een onderzoek in de betrokken rechterlijke archieven niets op. Wel echter kregen de heeren herhaaldelijk zaken te behandelen, die in menig opzicht konden doen denken aan de purge, namelijk willige decreten, die eveneens bij request werden verzocht, waarbij evenzeer publieke indagingen, zij het ook in ander getal, te pas kwamen, waar ook het bevrijden van lasten, ook hier purge genoemd, het doel was en waarbij niet minder een eeuwig stilzwijgen werd opgelegd als gevolg van het niet tijdig indienen der vorderingen. Jammer genoeg bewaart de korte aanteekening betreffende de vergadering, gedurende welke de gerechtsleden, de predikant en de gedeputeerden de achtbare hoofden bij elkander staken, een bescheiden stilzwijgen over de

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1915 | | pagina 163