21 schijnen in mijn oordeel. Temeer waar Mr. Polman Krüseman in het Levensbericht veel waardeerender over deze eigenschap van de Man spreekt. „En wie herinnert zich niet, zegt Mr. Krüseman, de avond vergaderingen in het Genootschap, waarin de Man verslag placht te geven van de sinds de laatste vergadering ingekomen boeken en voorwerpen; zijne improvisatie was dikwijls het glanspunt van den avondwanneer de geestige mandie in zijn lange leven zooveel kennis had samengegaard op allerlei gebiedaan zijn speelschen luim den vrijen teugel vierde. En al mochten dan zijn hypothesen wel eens betwistbaar, zijne combinaties niet altijd zonder bedenking zijn, zij waren toch immer vernuftig en het overdenken waard." Uit deze aanhaling blijkt U echter tevens, hoezeer Mr. Krü seman en ik deze eigenschap ieder van een geheel ander stand punt uit bezagen. Zeker, als improvisatie in vrijwel besloten kring was het aardig en ook onschuldig, maar daar buiten, in het Ned. Tijdschr. v. Geneeskunde bijvoorbeeld, werd dat heel anders. Ook een wetenschappelijke naam is teer en kan niet veel lijden. En in de wetenschap juist is de fantasie zoo'n fijne kracht. Uw kennis moge zoo groot wezen als Ge wilt, zonder de fantasie brengt Ge de wetenschap geen haarbreed vooruit; maar ook, Uw kennis moge zoo groot wezen als Ge wilt, een onvoldoend be- heerschte fantasie kan maken dat ook Uw beste werk verdacht wordt. Deze overweging is de grond van mijn bezwaar, als we bijv. lezen hoe de Man een „Bijdrage tot de kennis van den schedel vorm in Walcheren" in liet Ned. Tijdschrift voor Geneeskunde van 1885 opent met een lange speculatieve beschouwing over het vroegere strand te Domburg en den oorsprong van den naam „Zeeuwen," en daarbij o. a. in het voorbijgaan den naam „Anne- liesjes-dag" in verband brengt met de Nehalennia, als mogelijke verbastering van „Nehalennietjes-dag." Op zich zelf ongetwijfeld een aardige inval, maar toch een gevaar lijk begin voor een wetenschappelijk artikel in een der wetenschap- pelijkste geneeskundige tijdschriften, welke ons vaderland bezit.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1915 | | pagina 69