XI
Rand van een zg. kogelpot, gevonden in de bovenste (dikste)
laag van den vluclitberg (110. 62) bij de hofstede Berglust te
Ritthem; eenige scherven uit denzelfden berg; gesch. v. d. heer
A. Cevaal Wz. en zijn zoons door bemiddeling van den heer
B. J. de Meij.
De Conservator houdt zich aanbevolen voor alle berichten
omtrent den tegenwoordigen toestand en voorgenomen of uitge
voerde vergravingen van vluchtbergen en van alle voorwerpen
(ook de minste of geringste potscherven), daarin gevonden. Eener-
zijds het behoud, anderzijds het wetenschappelijk onderzoek dezer
monumenten moet met alle middelen worden bevorderd.
Strand bij Domburg en Westkapelle. De merkwaar
digste aanwinst in het verslagjaar wordt gevormd door 4 fragmenten
van terra sigillata (d. i. lakrood Romeinsch aardewerk) in Augustus
1926 gevonden bij het kleidelven binnendijks in de gemeente
Westkapelle, geschonken door den heer K. van Rooyen Wz. aldaar,
wien voor zijn opmerkzaamheid en moeite bijzondere dank toekomt.
Daarbij werd gemeld, dat de stukken ongeveer 1 M. onder de
oppervlakte in de klei lagen, ter plaatse, „waar vroeger wel een
kreekje geloopen heeft, aan de schelpen te zien, die erin zaten".
Terwijl bij Domburg slechts los aangespoelde, kleine Romeinsche
scherven gevonden worden, heeft men hier nu grootere, minder
geschonden fragmenten met niet-afgesleten breukranden, die diep
in oude klei zaten.
Dr. AE. Remouchamps te Leiden is zoo welwillend geweest
deze fragmenten te determineeren en als volgt te beschrijven.
Wk. 1. Versierde terra sigillata. Wandfragment van kom. Dra-
gendorff 37. De dubbele cirkel met slingerende lijn
is een motief, dat de Triersche pottenbakker Criciro
gebruikte. (Oelmann, Niederbieber Taf. VI, 21). Ook
de zuil-figuren zijn dezen pottenbakker eigen. Doch ook
Censor, in denzelfden tijd eveneens te Trier werkzaam,
gebruikte deze motieven. Mogelijk heeft Criciro in
het atelier van Censor gewerkt. De groote rozet komt