XXXI BIJLAGE I tot het verslag der Commissie voor Zeeuwsche Polklore. L\jst der voorwerpen, verkregen (loor (1e Commissie. Volg- nummers Omschrijving van het voorwerp Verkregen door: Toelichtingen. 16 Meekrap-egge. Schenking van den Heer A. P. van der We ij de, te Ellemeet. Werd gebruikt omstreeks 1875 bij de thans verdwenen mee krap-cultuur. Wordt bewaard in den klooster gang der Abdij. 17 Twee groote en twee kleine zilveren ringen met veeren, vroeger gebruikt bij het ring- rijden. Schenking van den Heer C. J. M. Hackenberg te Middelburg. Opgenomen in de verzame lingen van het Zeeuwsch Genootschap. Oudtijds geloofde men aan de zwarte kunst; ook bij de ringrijderij kwam die te pas. De duivel en zijn helpers bezaten de macht, de ringen zoo groot te maken, dat de rijder er onfeilbaar moest insteken, of zoo klein, dat hij vast en zeker moest missen. Natuurlijk konden de toe schouwers dit niet zien; alleen de rijder. Evenwel konden de demonen hun invloed niet uitoefenen op zilveren ringen. Daarom werden ringen van zilver gemaakt, welke voor elke ringrijderij ter leen werden gegeven door de firma Hackenberg, bij wie de prijzen werden gekocht. De kleine ringen werden gebruikt om de gekochte, de grootere om de gekregen prijzen af te rijden. Een heele partij van die ringen zijn reeds in den smeltkroes verdwenende laatst overgeblevene zijn nu

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1927 | | pagina 37