XXXVI
(Vervolg verslag van den secretaris).
De inhoud van het „Archief" voor 1926 is:
Jaarverslag over 1925/26.
Dr. Bolle en zijn werk, door Dr. D. Schoute.
Wapens van Zeeuwsclie geslachten in eene Limburgsche dorps
kerk, door Dr. J. H. Vernhout.
Het klokkengietersgeslacht Burgerhuijs, door Dr. W. S. Unger.
Een bijdrage tot de kerkgeschiedenis van het eiland Tholen,
door Mr. Ds. E. C. M. Boenders.
Thans, mijnheer de voorzitter, vraag ik U vergunning om een
en ander mede te deelen over het handschrift, dat hier voor mij
ligt. Iiet is het clubregister van een Zeeuwsch studentengezelschap
te Leiden uit het eerste gedeelte der 17e eeuw. In 1899 kwam
het te 's-Gravenhage in veiling en de kooper stelde het tegen
den kostenden prijs ter beschikking van ons Genootschap. In den
aanvang van het jaar 1900 verhuisde het handschrift naar Mid
delburg en sindsdien ligt het in het museum ter bezichtiging.
Het is een handschrift op papier in den oorspronkelijken zwart-
leeren band met fraaie stempels in goud en resten van groene
sluitingen. De afmetingen der bladen zijn 297 en 183 m.M.,
het aantal bedraagt 489 in katerns van 6 bladen. De snede is
verguld. Na twee onbeschreven bladen volgen 5 ongefolieerde
en daarna 463 gefoliëerde bladen. Achterin is een index bevestigd
op 3 bladen en ook het vastgeplakte schutblad achterin is be
schreven. Het boek is blijkbaar herhaaldelijk gebonden, want de
oude foliëering is voor het grootste deel afgesneden en ook de
latere werd door afsnijding hier en daar geschonden. Pol. 157 komt
tweemaal voor. De volgende fols. ontbreken maar zijn niet uitge
scheurd en dus bij de nummering overgeslagen: 160, 206, 303,
313, 354, 355, 365, 422; uitgescheurd zijn de fols. 320, 330,
331, 339, 363, 418, 442, 443, 469 en 470. Tusschen de fols.
202 en 203, zoowel als tusschen 459 en 460 bevindt zich een
