It
gading zouden vinden. Uitgaven betreffende de meest verschillende
gebieden stroomen onophoudelijk toe en verheffend is de liberaliteit,
waarmede de groote wetenschappelijke lichamen als de Koninklijke
Akademie van Wetenschappen en de akademiën der andere hoofd
plaatsen van de oude en de nieuwe wereld, hare schitterende en
omvangrijke gaven schenken in ruil voor ons bescheiden „Archief".
Waarom dan onze nieuwe en oude schatten niet gebruikt? Want
ook onze oudere aanwinsten op bibliotheek-gebied trekken, in
tegenstelling met het museum, blijkbaar niet de aandacht, die zij
verdienen. Een tiental jaren geleden gaf Dr. A. W. Bijvanck eene
beschrijving van den bijbel met miniaturen, afkomstig van de
familie Radermaclier één deel verrijkt sinds 1911 de bibliotheek
van ons Genootschap en wordt permanent uitgestald in het museum,
het andere deel behoort aan het Koninklijk Oudheidkundig Genoot
schap te Amsterdam. De tentoonstelling van werken uit de Provin
ciale Zeeuwsche Bibliotheek, gehouden onder de auspiciën van de
vereeniging „Voor de Kunst", in het begin van dit jaar in het
Schuttershof te Middelburg, bevatte mede een aantal handschriften
en gedrukte werken, in eigendom toebehoorend aan het Genootschap.
Een enkele bezoeker doet zich een bepaald handschrift voorleggen.
Doch overigens blijkt van belangstelling weinig. Als ik straks het
jaarverslag ten einde heb gebracht, hoop ik, mijnheer de voor
zitter, dat U mij wilt toestaan ter illustratie van het belang der
bibliotheek eene aanwinst te vertoonen, die reeds langer dan eene
kwarteeuw in de vitrine sluimert en, voor zoover bekend is, nog
nooit eenige bijzondere opmerkzaamheid tot zich heeft getrokken 2).
Het Genootschap heeft het overlijden te betreuren van den
directeur den heer Jos. van Raalte en van de leden de lieeren
1) Noord-Nederlandsche miniaturen der 15de eeuw in handschriften van den
Bijbel; Handschriften te Amsterdam en Middelburg, in: Bulletin van den Neder-
landschen Oudheidkundigen Bond, X, blz. 260 vlg.
2) Toen dit verslag reeds was uitgebracht vernam ik, dat Mr. R. Fruin een kort
artikel aan het hs. heeft gewijd, onder den titel: „Een voorlooper van Non Sordent"
in „Minerva", feestnummer, Leiden 18 Juni 1900.