XVIII
Als voorbeeld van baksteenen graven uit de middeleeuwen
kan nog worden aangehaald Verslag Z. Gen. 18801884
p. 64. Volgens dit verslag schonk de heer J. de Kanter aan
het genootschap voorwerpen, in 1827 bij uitgravingen te
Aardenburg gevonden, o.a. een koperen Maria-beeldje 'met
een tangetje, waarop de woorden Ave Maria Mater Dei,
gevonden in de zoogenaamde kloosterweide, waar eertijds
het graauwen-zuster-klooster gestaan heeft. Aldaar vond men
een reeks van gemetselde, elk afzonderlijk overwulfde graf
kelders, in een van welke dit Mariabeeldje lag. Deze beide
geelkoperen voorwerpen zijn als No. 196 en 197 in ons
museum aanwezig het eerstgenoemde is een geelkoperen
plaat, hoog 29 cM., voorzien van twee gaten voor klinknagels,
en stelt voor een vrouw met loshangend haar en gevouwen
handen naar ik vermoed, is deze plaat op het deksel van
een houten doodkist bevestigd geweest en is wellicht te be
schouwen als een armere en vereenvoudigde vorm van de
geheele grafzerken van geelkoper, zooals men in de kathedraal
te Brugge vindt.
De grauwe zusters zijn nonnen der derde orde van St.
Franciscus haar klooster was 14991604 te Aardenburg
gevestigd in de gebouwen, die tot 1499 als Begijnhof in ge
bruik waren F. Nagtglas, Zelandia illustrata II, 502 en de
daar aangehaalde litteratuur K. L. Reepmaker, Bijdrage tot
de geschiedenis van de Aardenburgsche O.L.V.- of Maria-
kerk, p. 42 sq.).
No. 2020. Pinakels, bogen en lijsten van kalksteen, rijk
versierd in Gotischen stijl, klaarblijkelijk afkomstig uit het
inwendige van een kerk. Evenals het vorige nummer gevonden
in den tuin van het Schuttershof van St. Sebastiaan te Mid
delburg. Geschonken door Ir. A. Rothuizen aldaar.
De lijst der overige aanwinsten moet tot het volgend jaar
blijven liggen".
De conservatrice van de ouderwetsche kamer en
Zeeuwsche kleederdrachten meldt
..Door de welwillendheid van het bestuur werd het mij
