44 De kroniekschrijver onderscheidt dus jonkheer Claes van Borssele en heer Claes van Borssele. Cornelis Gaillart, van Brugge, heeft ten jare 1563 in de kapel van het slot Zandenburg bij Veere o.a. een grafsteen t zonder opschrift gezien. Hij teekent bij de mededeeling hier omtrent het volgende aan ..Anno 1353 starf joncheer Clais van Borsele, filius heer Wulfart, ende was op 't hof te Zan- denburch in de capelle begraeven. Men zecht dat dit zijn sepulture was" i). Dit bericht behelst blijkbaar dezelfde over levering als bij Reygersberch voorkomt. In de genealogie is echter voor dezen jonkheer Claes van Borssele geene plaats2), zoodat de overlevering op dit punt niet juist kan zijn. Het bericht van Reygersberch omtrent heer Claes van Borssele is reeds door Smallegange verkeerd begrepen. Hij verhaalt, dat het slot Popkensburg in 1353 door heer Claes van Borssele is gesticht3). En Ermerins maakt het niet beter als hij schrijft „Het is waar, de Chronijk-schrijver Reigersberg zegt uitdrukkelijk, 'dat Heer Claes van Borssele anno 1353 't Casteel van Sinte- Laurens, met die Kerke ende alle de Boomgaarden daar ge- fundeert ende gesticht heeft'"4). Reygersberch echter bindt blijkens de hierboven gegeven aanhaling de stichting van den Popkensburg en de kerk geens zins aan het jaar 1353. Hij zegt alleen, dat Claes van Borssele de stichter was, en deze mededeeling doet hij toevallig bij de behandeling van het genoemde jaar. Claes was vermoedelijk de jongste zoon van Wulfard van Borssele en hij wordt voor het eerst vermeld op het jaar 1299 5het jaar, waarin zijn vader te Delft werd gedood. 1Bethune, Epitaphes et monuments des églises de la Flandre au XVIe siècle, Zélande, (tirage spécial) p. 13. 2) H. Obreen, Het geslacht van Borselen, in De Nederlandsche Leeuw, 1927, (overdruk) blz. 29. 3) Cronyk van Zeeland, blz. 668. 4) Ermerins, a.w., I, blz. 179. 5) Van den Bergh, a.w., II. nr. 1081.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1936 | | pagina 106