25
445 en 451 van A. Hollestelle Geschied- en Waterstaat
kundige Beschrijving van de polders op het eiland Tholen
2e druk, dat er ook later op dit eiland nog twee gebieden
waren, die als ,,de Meente" werden aangeduid, terwijl het
charter van 1255, dat betrekking heeft op de indijking van
den Vijftienhonderd gemeten-polder, het bekende charter van
Bruggeman, in Hollestelle's werk besproken, ook zegt, dat een
gedeelte van den dijk bij de „Meente" eindigde. Daaruit zien
we dus, dat men in Zeeland voor gemeenschappelijk land
niet het woord „man" gebruikte maar „meente". In 1220 komt
reeds het woord „hayman" in charters voor en ook nog langen
tijd na 1318 en 1325 gebruikte men dit woord en zelfs nog in
de 15de en 16de eeuw, (ja een enkele maal nog in de 17de
en 18de) wordt het herhaaldelijk in charters genoemd. In
Poortvliet wordt trouwens ook reeds in 1220 gesproken v/h
..Manlande" (het latere Malland). Dit „Manlande", voor
zoover het toen tot den polder van Poortvliet behoorde, lag
op een geheel andere plaats dan die „Meenreweyde" of
„Meneweyde", die in 1318 en 1325 bedoeld werd. en was
ook land van een geheel andere natuur. Dat „Manland" be
stond grootendeels uit hooge kleibouwlanden en was oor
spronkelijk een deel van een zeer groot gebied ten N. van
de heerlijkheden van Scherpenisse en St. Maartensdijk en dat
liep tot Stavenisse toe, een gebied, waar veel gemoerd werd
en dat geheel bestond uit hooge schorren. Het Poortvlietsche
„Manland" was het westelijk deel van de banne van Poort
vliet. de „Meneweyde" was de latere polder „Bartelmoer".
die noordoostwaarts van dien polder van Poortvliet lag. Uit
dit alles meenen we te mogen concludeeren, dat de woorden
„hayman" en „meenreweyde". „meneweyde" of „meente" in
Zeeland geheel verschillende begrippen vertegenwoordigden,
want 1° is het niet aan te nemen, dat op dit kleine taalgebied
twee woorden voor hetzelfde voorname begrip zouden hebben
bestaan en zelfs werden toegepast op landen, in hetzelfde
(n.l. Poortvliet) ambacht gelegen, 2° ook niet, dat, waar we
nu constateeren, dat in Zeeland de vorm „meente" bestond en
gebruikt werd, men nergens, ook niet „één enkele" maal, leest