Ds. J RENIER, DE LAATSTE RECTOR DER LATIJNSCHE SCHOOL TE VEERE (1801—1817), DOOR Dr. H. W. FORTGENS. Ook Veere, de kleinste der drie „groote steden" van Walcheren, heeft binnen haar wallen een Latijnsche school onderhouden reeds in 1584 was Jan Valesius er als Latijn- sche-schoolmeester aangesteld. In de 17de eeuw volgen de rectoren elkaar dan vrij regelmatig op. Daarvan getuigen de (onvolledige lijsten van rectoren, te vinden bij Vrolikhert en Ermerins2). In 1720 werd Petrus Franciscus de Smith nog als rector te Veere aangesteld. Tien jaar had hij in Bergen-op-Zoom het ambt van latins rechtor" waargenomen, toen hij zijn onbehouwen sollicitatie-brief vol spelfouten naar Veere opstuurde3). De Smith heeft geen opvolger gevonden en zoo zien wij dan, dat in de Tegenwoordige Staat van Zee land (1753), bij de beschrijving van Veere, geen melding meer gemaakt wordt van een Latijnsche school. Ongeveer veertig jaar later deelt Ermerins4) ons mede, dat „van zoo een nuttige inrichtinge geen gewag meer gemaakt" wordt en dat zij ,,met den welstand der Stad te gelijk verdweenen" is. Toch heeft de stad Veere, in het begin van de 19de eeuw. de periode, waarin het tot doode stad verviel, weer een La tijnsche school bezeten. De wederoprichting van het Gym nasium Verianum is geheel en al te danken aan het initiatief en de werkkracht van ds. Jacob Renier, sinds 1798 predikant der Nederduitsch-Hervormde Gemeente te Veere. 1) Viissingsche kerkhemel (1758), p. 360362. 2) Eenige Zeeuwsche Oudheden VI (1792). p. 178180. 3) Aanwezig in het Veersche archief. 4) L.c., p. 180.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1943 | | pagina 54