11
Baro (Petrus), z. pi., 16 Juli 1597 (biz. 313). Peter
Baro, de oudste zoon van Prof. Baro (die hieronder volgt),
doctor in de medicijnen te Boston in Lincolnshire.
Baro (P.), Cambridge, 23 November 1596 (biz. 311).
Peter Baro (15341599), hoogleraar in de theologie te Cam
bridge. Zie over hem D. N. B., Ill, p. 265267.
Beke (Joannes van der), z, pl„ 1596 (biz. 447).
Johannes van der Beecke Sluysensis werd 22 Februari
1594 te Leiden als student ingeschreven. Zijn inscriptie in
Jonas' album luidt als volgt:
Nulla vis major pietate vera est.
Haec mundi illecebras, carnem, Satanaeque furorem
Peccati et stimulos fortiter exuperat
Quin Reigersbergi perge hanc amplectier, et sic
Praesenti ex luctu victor abire queas13).
B e y m a (Julius [a] Leiden, 4 Mei 1596 (blz. 327).
Julius a Beyma 15401598), hoogleraar in de rechten te
Leiden. Zie over hem N.N.B.W., I, kol. 342.
Hij schreef in Jonas' album het volgende distichon
Mors tua Christe mihi vita est, victoria, regnum.
Labe meo morior, sanguine vivo tuo14).
Boots (Isaacus), Bazel, 25 October 1598 (blz. 455).
Hij noemt zich Bas(iliae) res(idens), d.i. te Bazel verblijf-
houdende. Hij was uit Wezel en werd 16 Juli 1599 te Heidel-
berg ingeschreven. Ik vond verder niets over hem.
Zijn inscriptie, eveneens een distichon, luidt
Hie scopus [est] unus, cunctis prodesse, nocere
Nemini, amare bonos et tolerare malos 15
Boreel (Johannes), Bazel, 2 September 1598 (blz.
318). Johan Boreel (15771629), sinds 1625 raadpensio-
13) Geen kracht is groter ian waarachtige vroomheid. Deze overwint
de verlokkingen der wereld, het vlees, het woeden van de Satan en de
prikkels der zonde krachtdadig. Ga dus voort, Reigersberg, haar te be
minnen, opdat ge aldus uit de droefheid van het ogenblik als overwinnaar
te voorschijn kunt komen.
14) Uw sterven, c Christus, is mij ten leven, is mij zege en heer
schappij. Sterf ik aan mijn zonde, ik leef door uw bloed.
15) Dit is ons enige doel allen tot nut te zijn, niemand te schaden,
de goeden te beminnen en de slechten te dulden.