43 schoolmeester van de Latijnsche school Jacob Cornet, die in 1591 genoemd wordt, is verder niets bekend 13Intussen was de school verplaatst naar de Nieuwstraat, waar 16 April 1586 een huis voor dit doel door de stad werd gehuurd 14 Ook moet een tijdlang school gehouden zijn aan het kerkhof (de Oude Markt). Over deze beide huizen is echter niets bekend 15Later werd een huis gekocht in het Lange Groene- woud en als Latijnse school ingericht. Fraai was dit gebouw van het Gymnasium Flissinganum niet. Het bestond uit slechts één verdieping. Er achter bevond zich een hoger gebouw, dat op het Rioolstraatje uitkwam. Daarin werd het onderwijs gegeven. De Latijnse school bleef hier gevestigd, totdat zij verliep. In 1836 werd het achtergebouw verhuurd om dienst te doen als synagoge der Israëlieten, tot de afbraak van het schoolgebouw in 1861. Op dezelfde plaats verrees een nieuwe openbare lagere school. Op de binnenplaats van deze werd de gevelsteen ingemetseld van de Latijnse school 16). Het op schrift van de steen, die nog aanwezig is, luidt GYMNASIVM REP. FLISSINGANAE. In 1594 of in het jaar daarop werd Tobias Schemering1'') (Schemeringius) voorlopig als ondermeester aangesteld. Hij was 1561 geboren te Gedes in Oost-Friesland. Al spoedig verzocht hij om „augmentatie van stipendium". De stedelijke regering nu besloot. ,,soe hij hem nae 't expireren van de 2 jaren, dat hij verbonden is, voor langere tijd begeerde te verbinden, dat men hem sal toeleggen boven syne oude gagie noch 50 's jaers" 1S). Later -het is niet na te gaan wanneer is hij tot rector benoemd. In 1613 werd zijn tractement ge bracht op 100 Vis., toen de regering van Franeker de Vlis- singse magistraat verzocht om „den rector te licentiëren" 19 Werken heeft hij niet geschreven. Wel heeft hij een Latijns gedicht uitgegeven van zijn zoon Daniël, die, nog geen vijftien jaar oud, een lang Latijns gedicht had gemaakt over de drie reizen der Hollanders naar de Poolzee (in 1594, 1595 en 1596), 13J G. Vrolikhert. Vlissingsche Kerkhemel (1758), p. 348. 14) Register no. 1 op de Notulen van den Raad (inventaris p. 137). 15) Zie H. P. Winkelman, Geschiedkundige plaatsbeschrijving van Vlissingen (1873), p. 203. 16) Ibid. p. 203 sq. Zie ook de kaart van Vlissingen in de Tegen woordige Staat van Zeeland, 2de deel (1753), p. 97, en verder p. 126. 17) Zie N.N.B.W. IX. kol. 976 (Kossmann). 18) Res. van Wet en Raad van 7 Febr. 1596. 19) Idem van 8 Maart 1613.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1946 | | pagina 67