44
Over de gang van het onderwijs te Vlissingen gedurende
deze jaren hebben wij geen gegevens omdat ,,de ordonnantie
op de schooien", vastgesteld en gedrukt bij resolutie van den
Raad van 15 Febr. 1603, verloren is gegaan20). De Latijnse
school te Vlissingen moet overigens in deze jaren nog al ge
bloeid hebben men klaagde er in Middelburg over dat de
Latijnse school aldaar minder leerlingen trok dan die van
Vlissingen
In 1636 besloot men den ouden rector op zijn verzoek ,,een
acte van eerlick afscheit" te geven en tractement van 50
per jaar. Dit werd hem evenwel in 1640 opgezegd, toen men
hem vereerde ,,met een vergulden cop van omtrent hondert
gulden"21). Hij overleed in 1642 en werd begraven in de
zgn. Middelkerk. Zijn grafschrift vinden wij aangehaald bij
Vrolikhert 22doch is niet meer ter plaatse.
Onder rector Schemering ging de later zo vermaarde Daniël
Heinsius (geb. 1580) ter schole, wiens ouders zich na hun
vlucht uit Gent in Vlissingen gevestigd hadden. Na zijn
vooropleiding te Vlissingen vertrok hij naar Franeker, waar
hij zich 26 Juli 1596 als student in de rechten liet inschrij
ven23). Een van zijn schoolmakkers was Petrus Hondius
(1578 1621), later bekend als botanicus, dichter van de
Moufeschans, en predikant van Terneuzen24Als student
droeg Daniël Heinsius een Latijns gedicht op aan zijn leer
meesters te Vlissingen Janus Belosius 25) en Nicolaus Oli-
varius26). Of deze verbonden waren aan de Latijnse school
van Schemering, lijkt echter twijfelachtig. Waarschijnlijk heeft
Heinsius privaatlessen bij hen gehad27).
Rector Schemering werd in 1636 opgevolgd door Abraham
20) De enige schoolorde van de Latijnse school van Vlissingen, die
nog bewaard is, is die van 1716. Zie Bijlage I.
21) Res. van Wet en Raad van 28 ]an. 1640; 27 Juli 1640 werd
hiervoor aan Jacob Schoon betaald 17-8-6.
22) G. Vrolikhert. Vüssingsche Kerkhemel (1758), p. 338 sq. en p. 54.
23) Zie D. J. H. Ter Horst, Daniel Heinsius (diss. Leiden 1934), p. 13.
24) Zie over hem Meertens, I.e., p. 341354.
25) Zie over hem N.N.B.W. Ill kol. 89 sq. (Van Schelven). !n Vlis
singen was hij in deze jaren waarschijnlijk als predikant werkzaam, evenals
voordien in Gapinge. Het is echter ook mogelijk, dat hij is de „onder
meester van de Latijnsche schc-ol", die in de Res. van 7 Febr. 1596 ge
noemd wordt.
26) N. Olivarius was 15941616 predikant te Vlissingen, volgens
Vrolikhert, I.e., p. 5156
27) Dit is de mening van Vrolikhert, I.e.. p. 55. D. J. H. Ter Horst,
in zijn werk over Daniel Heinsius gaat op deze quaestie (p. 13) niet nader
in. Door het ontbreken van archivalia zal dit punt wel niet op te lossen zijn.