23
vanaf de dorsvloer bereikbaar. Naast de laatste ruimte is
tenslotte een kippenhok (roest) ingericht.
Op de wurft zijn de mestvaalt met varkenshok naast de
stalgevel en de wagenschuur verdwenen. Thans stalt men de
karren in het laatste gebintvak en heeft daartoe in de achter
gevel toegangsdeuren aangebracht.
Een soortgelijke langsdeelschuur liet de Zeeuwsch-Vlaamse
pionier Vogelvanger kort na 1850 op zijn modelhoeve bou
wen37). In tegenstelling met de eveneens aanwezige stenen
dwarsdeelschuur, die hij Vlaams noemt, geeft hij hier de naam
Zeeuws type aan De dorsvloer was beklinkerd en op de
plaats, waar 's winters het plankier kwam te liggen om op te
dorsen, iets verlaagd. Aan de ene zijde waren de stieren- en
varkenshokken met de kalverpotstal (met voerluiken in het
scheidingsschot), aan de andere kant de bietenkelder en de
tas voor tarwe en erwten. De termen Zeeuws en Vlaams zijn
niet zeer helder in dit verband, want zijn z.g. „Vlaamse"
schuur is vanouds inheems en het „Zeeuwse" type met uit
zondering van genoemde voorbeelden onbekend.
Bij de woonhuizen komen enige varianten voor, die ge
bruikelijker zijn. Walcheren, waar na de Franse tijd veel
buitenplaatsen tot bedrijven zijn verbouwd, laten wij buiten
beschouwing, evenals de reeds besproken boerenwoningen op
Goeree-Overflakkee.
Enige oude hoeven op Zuid-Beveland hebben de gang in
de lengte langs de kamers en de huisdeur in de kopgevel. Dit
was het geval bij een van de zeldzame voorbeelden van rijke
architectuur in het gewest, n.l. ,,'t Hof den Beyster" uit 1654
onder Wolfaartsdijk (afb. 9) 38De gevel was uit IJselsteen
opgetrokken met banden en hoekafsluitingen van rode baksteen,
terwijl ook de segment- en kielbogen en het sierverband van
de hoogvelden der muuropeningen van dergelijke steen waren
gemetseld. De trappen werden door een overhoekse toppinakel
bekroond en het geheel door sierankers verlevendigd. Het
vooruus, dat tot winterverblijf diende, bezat een fraai tegel
tableau uit de stichtingstijd. Helaas is dit uitzonderlijke spe-
37) E. Vogelvanger. Beschrijving eener hofstede in Zeeland (Land
van Hulst). (De nieuwe Boeren-Goudmijn, 3e jrg., 1866, kol. 65108,
267—272 (reeds eerder verschenen in: De Akkerbouw)).
38) J. J. Polderman, 't Hof Den Byster in Wolfaartsdijk (Historia,
jrg. 16, 1946 blz. 106109). Zie ook' Voorl. Lijst Ned. Mon. Gesch. en
Kunst, Deel VI Zeeland (Utrecht, 1922), blz. 282.