39
men de vier kamers soms naast elkaar, soms paarsgewijs aar
weerskanten van een langsgang, maar meestal onder enige
zaadzolders, zodat een doorgaande nok verkregen werd. Als
laatste Zeeuwse evolutie-stadium bezitten enige grote Wal-
cherse bedrijven een doorgaande langsdeel.
In het lage gedeelte van Schouwen is wellicht in het
eind der 16e eeuw de tweebeukige hoeve in verband met hef
weidebedrijf gereduceerd tot een stolp, waarin ook het woon
gedeelte werd opgenomen. Toen door het bouwen van eer
stoomgemaal in 1876 de bodem geschikt werd voor gemengd
bedrijf, maakte dit type echter snel plaats voor de gebruikelijke
Zeeuwse vorm.
Op Tolen en Goeree-Overflakkee is van West-Brabant uit
het Vlaamse-schuurtype binnengekomen, maar later weer ver
drongen door de Zeeuwse hofstede. Op het tweede eiland
geschiedde dit in de eerste helft der 17e eeuw en zijn er geen
herinneringen meer aan de oorspronkelijke hoeve, die mogelijk
van het eenbeukige Zeeuwse type was.