JAARVERSLAG OVER 1950/51,
UITGEBRACHT IN DE
ALGEMENE VERGADERING VAN 17 APRIL 1951
DOOR DEN SECRETARIS VAN HET GENOOTSCHAP
Dr W. S. UNGER.
Geachte Toehoorders,
In het afgelopen jaar viel aan het Genootschap de eer ten
deel door de Kon. Ned. Akademie van Wetenschappen, die
zich voornam in het voorjaar van 1951 haar Akademiedagen
voor Zuid-Holland en Zeeland in Middelburg te houden, te
worden uitgenodigd hieraan deel te willen nemen niet alleen,
doch ook de voorbereiding daarvan te willen verzorgen. Zoals
ook elders was geschied, diende een plaatselijke regelings
commissie te worden benoemd, waarvoor Uw bestuur voorzitter
en secretaris aanwees en daarnaast de medewerking verkreeg
van den heer E. Smit, directeur der Prov. V.V.V., die zich
in het bijzonder met de logiesaccommodatie zou bemoeien. Na
uitvoerige mondelinge en schriftelijke gedachtenwisseling met
de Commissie van voorbereiding der Akademiedagen kwam
voor de op 8 en 9 Mei a.s. te houden bijeenkomst een aan
trekkelijk programma tot stand, dat U allen is toegezonden.
Behalve door de Akademie en ons Genootschap, worden deze
dagen georganiseerd door de volgende in Zuid-Holland geves
tigde verenigingen het Bataafsch Genootschap der Proef
ondervindelijke Wijsbegeerte, te Rotterdam, de Maatschappij
Diligentia, de Zuidhollandse Gewestelijke Vereniging „Vigilate
Deo confidentesen het Nederlandsch Genootschap voor
internationale zaken, alle gevestigd te 's-Gravenhage.
De te behandelen onderwerpen zijn deels van algemene,
deels van Zeeuwse betekenis, aldus uitdrukking gevend aan