het algemeen geschiedt de bewaring in ladenkastenalleen de grote stukken zijn
behoedzaam opgerold.
Op twee manieren wordt en is de toegankelijkheid van de verzameling verbe
terd. In de eerste plaats door de vervaardiging van concordansen op oude en
nieuwe beschrijvingen; dit werk is door ir. C.J. Soeters met grote en hoog ge
waardeerde bereidwilligheid aangevat en ten einde gebracht. In de tweede
plaats door het fotograferen van originelen. Thans is de helft van de negatieven
der aanwezige kaarten afgedrukt en op karton gezet.
Er meldden zich dit jaar 179 bezoekers, aan wie 542 nummers zijn voorgelegd.
Het aantal afgeleverde fotoreprodukties bedroeg 176, vooral voor publikatie in
diverse uitgaven.
19 kaarten, 82 prenten en tekeningen, 150 foto's en 95 prentbriefkaarten plus
een aantal boekwerken met topografisch belangrijke illustraties werden dit jaar
aan de verzameling toegevoegd, deels als geschenk, deels door aankoop. Deze
aankopen werden gefinancierd uit het daarvoor beschikbare fonds, uit donaties
alsmede uit de opbrengst van reproduktierechten en de verkoop van niet-Ze-
landica. Van de merkwaardigste stukken zij hier genoemd een afbeelding (of
ontwerp?) van een wapenbord of -kleed van Nicolaus de Castro, eerste bischop
van Middelburg, gedateerd 1563 en blijkens een nog niet geheel verklaard
randschrift bestemd voor de Mariakerk in Utrecht, waar hij voordien kanunnik
geweest was. Van de produktieve J. Arends werd een tekening verworven van
de Torendreef in de buitenplaats 'De Dolphijn' bij Middelburg uit 1777, van
J.H. Reygers een dito van het Middelburgse stadhuis in 1842. Een aanwinst die
eruit springt, was een serie aquarellen, in 1945 vervaardigd door de uit Gorcum
afkomstige, thans op Schouwen woonachtige kunstenaar Waalko J. Dingemans
jr. Onderwerp is de situatie op Walcheren, onderwater gezet voor de bevrijding.
De serie geeft daar een even triest als indrukwekkend beeld van. Aan deze col
lectie, verworven met steun van de leden en de begunstigers, zal door Genoot
schap en Rijksarchief een afzonderlijke tentoonstelling gewijd worden.
Fossiele zoogdieren
De conservator A.M. Dumon Tak bericht het volgende:
Vanaf begin 1983 werd het gehele jaar door op geregelde tijden gewerkt aan de
inventarisatie van de verzameling fossiele zoogdieren.
De richtlijnen die door de commissie voor de verzamelingen voor de inventarisa
tie zijn opgesteld geven voldoende vrijheid om van iedere verzameling de speci
fieke gegevens te verwerken.
Door drs. J. Borghouts, welke dit jaar tot sub-conservator werd benoemd, was
reeds een voorlopig kaartsysteem opgezet waarin de gegevens van ieder bot uit
de oude inventarisboeken waren overgenomen. Hierbij bleek o.a. dat niet altijd
van ieder stuk in de verzameling de gegevens volledig zijn, met name de vind
plaatsaanduidingen zijn vaak zeer summier of ontbreken geheel. Soms is geen
nummer meer op het bot aanwezig, wat het opzoeken van de bijbehorende gege
vens zeer bemoeilijkt zo niet onmogelijk maakt (het nummer kan zijn losgeraakt
maar ook is mogelijk dat het bot nooit een nummer heeft gekregen). Geconsta
teerd werd voorts dat enkele stukken die vroeger deel uitmaakten van de verza
meling thans ontbreken.
Voor een bot wordt beschreven moeten alle gegevens worden gecontroleerd en
veelal aangevuld, terwijl het in sommige gevallen nodig is de determinatie te cor-
XIII